Succes met de RES (de regionale energie strategie)

Op initiatief van de Haagse Stadspartij heeft de Haagse Gemeenteraad de volledige inzet voor de Regionale Energiestrategie herschreven waarbij het Haagse Klimaatpact centraal staat: Den Haag in 2030 klimaatneutraal op basis van participatie, keuzevrijheid en betaalbaarheid voor bewoners. Met voorrang voor bewonersinitiatieven en lagetemperatuurverwarming boven de warmtepijp naar de zwaar vervuilende fossiele industrie in de Rotterdamse haven. Het amendement (wijzigingsvoorstel) van fractievoorzitter Joris Wijsmuller kon rekenen op brede steun in de raad. Alleen de meest rechtse partijen (PVV en Groep de Mos) stemden tegen de Haagse zienswijze.

Hieronder het betoog van Joris Wijsmuller en de complete zienswijze:

“Voorzitter, de concept-Regionale Energie Strategie leunt zwaar op regionaal transport van warmte uit de zwaar vervuilende fossiele industrie in de Rotterdamse haven, en op de grootschalige opwek van duurzame electriciteit. In Rotterdam kun je je dat misschien nog voorstellen, maar voor Den Haag zou dit funest zijn. Want Den Haag heeft echt totaal andere karakteristieken dan Rotterdam. Wij hebben eenvoudigweg de ruimte niet voor grootschalige opwek van electriciteit, en we moeten het – als grote stad met de meeste zonuren van Nederland – hebben van zoveel mogelijk zonnepanelen op daken. En Den Haag heeft een potentie in huis die Rotterdam veel minder heeft, en dat is aardwarmte, dat zijn veel burgerinitiatieven en heel veel duurzame warmtebronnen voor lagetemperatuurverwarming.

Voor de energietransitie is het van groot belang dat decentrale warmteoplossingen worden gestimuleerd. De participatie van burgers is hierbij cruciaal. Dat is dus niet top-down, en moet op basis van vrijwilligheid van de bewoners- ook als ze zelf huurder zijn. De gemeente moet sturen op draagvlak en de laagste maatschappelijke kosten, en dat betekent het meer stimuleren van kleine stappen op natuurlijke momenten.

De Concept-RES deugt niet voor Den Haag, en daarom moeten wij als Haagse raad nadrukkelijk onze eigen zienswijze inbrengen. Zoals in de commissie aangekondigd heb ik namens de Haagse Stadspartij het intitiatief hiertoe genomen, en wil ik samen met 11 andere partijen in de raad (PvdD, CU-SGP, SP, PvdA, VVD, GroenLinks, CDA, D66, Nida, Partij voor de Toekomst en IslamDemocraten) graag het amendement Haagse zienswijze op de concept-RES indienen dat is gefundeerd op de volgende peilers:

Op de Haagse Lokale ambities en kansen
Op Participatie
Op Keuzevrijheid
Op Betaalbaarheid
Op Energiebesparing
Op de juiste schaalgrootteZodat alle bewoners grip kunnen krijgen en kunnen bijdragen aan de noodzakelijk energietransitie. Het feit dat we deze zienswijze nu met 12 partijen gezamenlijk indienen, is een belangrijk feit na het Haagse Klimaatpact. En hopelijk zetten we deze samenwerking door in de vormgeving van het Stedelijk Energieplan. Want voor het welslagen van de energietransitie moeten we als raad het stuur zelf in handen nemen en is breed draagvlak cruciaal.”

———————————

 

Amendement Haagse zienswijze op de concept-RES

 

De gemeenteraad van Den Haag op 7 oktober 2020 in vergadering bijeen ter bespreking van het voorstel van het college inzake Reactie van het college op de Concept-RES (RIS306084);

 

Besluit om het dictum te vervangen door:

 

I. De volgende reactie op de Concept-RES vast te stellen:

 

• Den Haag streeft er naar om klimaatneutraal te zijn in 2030 waarvoor een routekaart nodig is met heldere en meetbare tussendoelen. De RES dient aan deze ambitie ondersteunend te zijn.

• We moeten vaart maken om de CO2-uitstoot te reduceren. Iedereen moet daaraan kunnen bijdragen, en partijen (bewoners, bedrijven, gemeenten) moeten zich gestimuleerd weten om zich extra in te zetten voor CO2-besparing. Voorkomen moet worden dat maatregelen voor het omlaag brengen van de CO2-uitstoot kunnen dienen ter compensatie van een minder ambitieuze CO2-aanpak elders.

• Den Haag en Rotterdam hebben als gebieden verschillende karakteristieken en verschillende potenties voor duurzame warmte. Den Haag heeft voldoende realistisch inzetbare duurzame warmtebronnen voor de basislast, zoals blijkt uit het rapport ‘Hybride Warmtenetten’ van CE Delft i.s.m. CMAG, en zet in op lagetemperatuurverwarming via netwerken waarbij lokale hernieuwbare bronnen en initiatieven voorrang krijgen op energiebronnen van buiten de stad. Energie vanuit de Regio zal voor Den Haag met name nodig zijn voor de piek-warmte in de winter en op het gebied van elektriciteit.

• Keuzevrijheid voor en betrokkenheid van bewoners is van groot belang voor de transitie, en kunnen met de diversiteit aan lagetemperatuur-bronnen en met open, kleinschalige warmtenetten het beste worden gewaarborgd. Afnamegaranties voor het voeden van grootschalige warmtenetten mogen niet door en voor Den Haag worden afgegeven.

• Gestreefd wordt naar energie-evenwichten, waarbij zomerse lokale overschotten aan warmte opgepot kunnen worden voor koude wintermaanden. De ontwikkeling van seizoensopslagmogelijkheden voor warmte zijn hiervoor essentieel.

• De focus in de concept-RES ligt nog teveel op restwarmte en hogetemperatuurverwarming waarbij niet duidelijk wordt gemaakt hoe deze restwarmte duurzaam zal worden. Voor Den Haag is het van belang dat in de RES wordt benadrukt dat de verduurzaming van het havencomplex een belangrijke voorwaarde vormt waar het gaat om levering van restwarmte in het RES-gebied.

• Bij hoge- en middentemperatuurverwarming via netwerken zet Den Haag in op lokale geothermie. Voor alle hoofdnetten wordt gestreefd naar een aanvoertemperatuur van maximaal 70 graden om geschikt te worden gemaakt voor Haagse aardwarmte. De Warmtelinq (voorheen Leiding door het Midden) ligt gevoelig in Den Haag. Door het stadsbestuur zijn de volgende harde voorwaarden gesteld die ook in de RES moeten worden opgenomen:

• Het netwerk moet geschikt gemaakt worden voor lokale warmte (zoals geothermie).

• Lokale duurzame initiatieven krijgen altijd voorrang bij het leveren van warmte aan Haagse huishoudens.

• Er moet sprake zijn van een open net – toegankelijk voor meerdere warmteleveranciers – en een onafhankelijk netbeheer.

• Tarieven voor de klanten van het warmtenet blijven redelijk en dit wordt onafhankelijk getoetst.

• Bedrijven die restwarmte leveren gaan versneld verduurzamen.

• De bij de RES betrokken overheden staan open voor nieuwe initiatieven en technieken, en starten met pilots. Succesvolle pilots worden voorbeelden om op te schalen, maar alle pilots zijn bedoeld om ervan te kunnen leren. Deze kennis wordt ook actief gedeeld binnen het RES-gebied en daarbuiten.

• Participatie ontbreekt in de concept-RES terwijl dit juist cruciaal is voor het welslagen van de energietransitie. Voor de RES moeten bewoners, bedrijven en belanghebbenden pro-actief worden geconsulteerd. Getrapte consultatie via gemeenten volstaat niet, en we denken als Den Haag graag mee hoe de participatie van onze bewoners bij de verdere totstandkoming van de RES vorm kan krijgen. Om de RES weloverwogen en met zo veel mogelijk draagvlak uit te werken, is veel interactie nodig met alle belanghebbenden in het maatschappelijke, bestuurlijke en inhoudelijke domein.

• Ook mee-participeren – in de zin van deelnemen c.q. mede-eigenaar zijn – is cruciaal voor het welslagen van de energietransitie. Den Haag heeft vele burgerinitiatieven in de stad die voorop lopen met initiatieven, kennis en concrete plannen. Graag zien we in de RES sterker terug dat burgerinitiatieven worden omarmd en ondersteund.

• De bij de RES betrokken overheden moeten de opgave en de plannen om klimaatneutraal te worden duidelijker naar voren brengen in de communicatie naar bewoners, bedrijven en maatschappelijke instellingen. Goede voorbeelden van lokale duurzaamheidsinitiatieven worden zichtbaar gemaakt om het vliegwieleffect te versterken.

• Voor elektriciteit heeft de regio in de Concept-RES een ambitieus bod opgenomen richting het Nationaal Programma RES. Voor Den Haag ligt in stedelijk zoekgebied voor zon-op-dak de grootste opgave als onderdeel van de gemeentelijke aanpak voor de opwek van schone stroom en het benutten van daken voor het opwekken van energie en klimaatadaptatie. Binnen de gemeentegrenzen zijn geen mogelijkheden aanwezig voor grote windturbines. Wel houdt de gemeente de mogelijkheid open voor geïntegreerde daksystemen, die met windenergie stroom opwekken. Deze systemen moeten nog doorontwikkeld en efficiënter worden.

• In de Concept-RES wordt veel aandacht besteed aan de regionale transport van warmte en locaties voor grootschalige opwek van duurzame elektriciteit. Het belang van energiebesparing sneeuwt daardoor onder. Juist energiebesparing levert een belangrijke bijdrage aan de haalbaarheid en betaalbaarheid van de energietransitie en moet een volwaardige plaats krijgen in de verdere uitwerking van de RES, zowel regionaal als lokaal.

• Er moet bij de uitwerking van de RES meer worden ingespeeld op natuurlijke momenten en individuele beslissingen. Op die manier wordt lage temperatuur afgifte veel betaalbaarder en kan dit aansluiten bij momenten waarop er in huis toch al aanpassingen plaats vinden. Niet alles in één keer. Decentrale warmteoplossingen moeten worden gestimuleerd, waarbij lokale bronnen op een intelligente manier worden gecombineerd met een groter systeem. Dat is dus niet top-down, en altijd op basis van vrijwilligheid van de bewoners/klanten (ook als ze zelf huurder zijn). Sturen op de laagste maatschappelijke kosten en behoud van draagvlak betekent meer stimuleren van kleine stappen op natuurlijke momenten.

• De energietransitie is een investering in de toekomst waarbij voor Den Haag betaalbaarheid voor particuliere energieconsumenten een belangrijk uitgangspunt is. Graag zien we in de RES aandacht voor het belang van subsidies en fondsen om rendabele investeringen voor de energietransitie te versnellen en onrendabele investeringen te ondersteunen. Wanneer voor de transitie naar een klimaatneutraal gebouw de laatste 10% energiegebruik in de piek-winterperiode nu nog een onevenredig hoge investering vraagt, kiezen we ervoor om eerst de eerste 90% te realiseren.

• De energiebelasting voor grote en kleine spelers zou door het rijk gelijk(er) moeten worden getrokken. Dit draagt bij aan een gelijk speelveld dat noodzakelijk is voor het stimuleren en leveren van energie vanuit nieuwe, hernieuwbare bronnen. Gelieve dit als aanbeveling in de RES op te nemen.

• Graag zouden we aandacht willen vragen voor het fundamentele verhaal van Rifkin dat is gebruikt voor de metropool Rotterdam Den Haag. Dit kan ondersteunend zijn aan de gezamenlijk nog te maken keuzes in de RES:

 

https://www.iqheadquarter.nl/rne/wp-content/uploads/sites/12/2017/04/The-Third-Industrial-Revolution-Final-Report-RNE.pdf

 

II. In te stemmen met het verzenden van een aangepaste brief overeenkomstig bovenstaande zienswijze door het college aan de RES regio Rotterdam Den Haag.

 

Joris Wijsmuller, Haagse Stadspartij

Robert Barker, Partij voor de Dieren

Pieter Grinwis, ChristenUnie-SGP

Lesley Arp, SP

Janneke Holman, PvdA

Chris van der Helm, VVD

Arjen Kapteijns, GroenLinks

Kavish Partiman, CDA

Dennis Groenewold, D66

Adeel Mahmood, Nida

Frans Hoijnck van Papendrecht, Partij voor de Toekomst

Tahsin Centinkaya, Islam Democraten