Het college van B&W geeft het eindelijk toe. De stad wordt minder groen, want we moeten groeien. Weg met de natuur, leve het beton.

 

De Haagse Stadspartij roept het al jaren. Den Haag verliest steeds meer groen door de bouwdrift van de gemeente. Jarenlang werd dit ontkend, maar eindelijk bekent de gemeente schuld in antwoord op onze gestelde vragen (samen met SP).

BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN

van het raadslid G.H.M. Wijsmuller en Willemijne Moes

Den Haag, 16 december 2008

De raadsleden de heer G.H.M. Wijsmuller en mevrouw Willemijne Moes hebben op 6 oktober 2008 een brief met daarin zeven vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht.

In de Milieubalans 2008 (Planbureau voor de leefomgeving, september 2008) wordt gesproken over
een afname van 5 tot 15 procent van het openbaar groen per woning in Den Haag in de periode
1996-2003.

1. Wat vindt uw college van deze cijfers?

Deze cijfers kloppen. In Den Haag is de inzet vooral gericht op de versterking van de kwaliteit van het openbaar groen en op behoud en versterking van de groene hoofdstructuur en het bovenlocale groen. De afname van het aantal vierkante meters groen per woning wordt voornamelijk veroorzaakt door de toename van het aantal woningen binnen de stadsgrenzen. Toename van het aantal woningen is een belangrijke ambitie om de kracht en vitaliteit van Den Haag te schragen.

2. Wat voor maatregelen worden er getroffen om de negatieve spiraal te doorbreken?

De verwachting is dat Den Haag zal groeien naar 505.000 inwoners in 2020. Daarvoor zijn 30.000
extra woningen en 30.000 nieuwe arbeidsplaatsen nodig. Tegelijkertijd heeft Den Haag de ambitie om
haar groene karakter te versterken en in de groene hoofdstructuur te investeren. Om deze op het eerste gezicht conflicterende opgaven toch te realiseren, is het noodzakelijk om binnenstedelijk te verdichten. De grote gebiedsontwikkelingen in het kader van de Structuurvisie bieden kansen voor het ontwikkelen van nieuw recreatief groen. Voor verschillende plekken in de stad zijn er al plannen om nieuwe stadsparken te ontwikkelen, zoals op de Binckhorst of in Erasmus Veld.

3. Hoe rijmen deze cijfers met de cijfers zoals genoemd in de begroting waar wordt gemeten met hoeveelheid vierkante meter groen per woning (blz 80)?

In het preadvies op het initiatiefvoorstel Den Haag Groenproof (rm 2007.214/RIS 150579) heeft het college aangegeven u een overzicht te geven van de hoeveelheid groen in Den Haag. U treft dit overzicht separaat aan. Het genoemde getal van 96 m2 is hierop gebaseerd.

4. Bent u met ons van mening dat het bepalen van het openbaar groen per woning relevanter is voor zowel de groenbeleving van de Haagse burger als voor sturing door het gemeentebestuur, dan het bepalen van de hoeveelheid groen per woning (inclusief particuliere tuinen)? Zo nee, waarom niet?

Ja. Het bij de beantwoording van vraag 3 genoemde overzicht is gebaseerd op de Alterra-uitgangspunten. Particuliere tuinen zijn hierin niet meegenomen.

5. Wordt de ontwikkeling van het openbaar groen in Den Haag gemonitord? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat wordt met deze informatie gedaan?

Met ingang van februari 2008 wordt het Haagse groen gemonitord, conform uw besluit in het kader
Den Haag Groenproof (rm 2007.214/RIS 150579).

6. Wanneer komt er een nulmeting?

Zie de beantwoording van vraag 5.

7. Bent u bereid om de ambitie ‘Groene Wereldstad aan Zee’ echt inhoud te geven zodat het dus niet meer dan logisch is om de achterstand aan openbaar groen in te lopen én er een schepje
bovenop te doen?

Zie de beantwoording van vraag 2.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,

mw. A.W.H. Bertram, J.J. van Aartsen