Al eerder stelde Patricia Dinkela ( voorzitter vereniging) in de media dat de Buddy App geen hulp biedt aan mensen. Sterker nog, omdat het product niet af is en fouten maakt of niet kan omgaan met veel voorkomende zaken, kan het gebruik van de Buddy app leiden tot financiële schade bij deelnemers. Het faillissement van de aanbieder is dan ook geen verrassing. Echter we hebben nog wel veel vragen. Ook na de commissiebrief over het faillissement

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Op 1 juni 2023 heeft Buddy Payments, de leverancier van de Buddy App faillissement aangevraagd. De dienstverlening aan klanten is ook per direct gestopt. Zie bijlage.

Daarover stelt raadslid Fatima Faïd van de Haagse Stadspartij de volgende vragen:

  1. Is het college op de hoogte van het op 2 juni jl. In Follow the money verschenen artikel “Schuldapp Buddy, gefinancierd met 1,5 miljoen belastinggeld, is failliet.”?
  2. Kan het college aangeven welk bedrag de gemeente in de aanbesteding en het uitrollen van de pilot heeft geïnvesteerd? Welk bedrag is er in totaal aan de buddy-app uitgegeven inclusief de inzet van ambtenaren?
  3. Heeft het college voorafgaand aan het investeren in de pilot onderzocht of er onder de doelgroep behoefte was aan de app? Zo ja, op welke wijze? En zo nee, waarom niet?
  4. De pilot werd actief gepromoot via brieven bij de uitkeringsspecificaties. Waarom heeft het college voor deze (kwetsbare) doelgroep gekozen?
  5. Kan het college aangeven of er na het aanmelden persoonlijk contact geweest is met potentiële gebruikers van de app?
  6. Is er door het college een risicoanalyse gemaakt voor de aanbesteding? Was een mogelijk faillissement in beeld bij de gemeente?
  7. Kan het college aangeven welke potentiële risico’s en/of problemen in de dienstverlening van de Buddy app vooraf in kaart zijn gebracht?
  8. Zijn er door college vooraf ook oplossingen in kaart gebracht voor gebruikers die via de app mogelijk in de financiële problemen zouden kunnen komen? Zo nee, waarom is dat niet gebeurd? Zo ja, welke oplossingen zijn dat?
  9. Is het college het met ons eens dat de gemeente een klantrelatie is aangegaan met NVSI?
  10. Is het college het met ons eens dat de gemeente na afname bij NVSI als tussenpersoon heeft gefungeerd in de verstrekking van gebruikersrechten aan minima? Zo ja, welke verantwoordelijkheid komt hier volgens het college bij kijken ten opzichte van de gebruikers?
  11. Kan het college aangeven of de gemeente garandeert en controleert dat alle door Buddy Payment verzamelde data van Haagse gebruikers wordt vernietigd?
  12. Is het college het met ons eens dat de gemeente en SZW een betrouwbare partner moeten zijn voor gebruikers van gemeentelijke dienstverlening en door de gemeente gepromote dienstverlening via derden? Zo nee, waarom niet?

In het artikel bij Follow The Money wordt gesteld dat op verzoek van verschillende gemeenten er een onderzoek naar de problemen bij de Buddy app is uitgevoerd.

  1. Kan het college het eindrapport van dat onderzoek met de gemeenteraad delen, zonodig in het geheim?
  2. Op basis van welke redenen heeft het college de samenwerking met de Buddy app gestopt?
  3. Zijn de Haagse gebruikers direct over het stoppen van de pilot geïnformeerd door het college? Zo ja, via welke weg en wat is er gecommuniceerd? Zo nee, waarom niet?
  4. Voelt het college verantwoordelijkheid ten opzichte van de mogelijke financiële gevolgen voor deze kwetsbare inwoners?
  5. Kan het college aangeven of gebruikers zich bij de gemeente hebben gemeld die in de financiële problemen zijn gekomen bij gebruik van de app?
  6. Gaat het college deze gebruikers financieel helpen om de ontstane problemen op te lossen? Zo nee, waarom niet?

In de commissiebrief over de Buddy app (RIS 314458) gaf het college aan dat het bekend was dat er verbeterpunten waren o.a. met het invoeren van een 4-wekelijkse inkomenscyclus. Ook stond er in de brief dat “verder functioneel verbeteren en aanvullen is niet ongewoon bij dergelijke innovatietrajecten.”

  1. Is het college het met ons eens dat kleine fouten grote gevolgen kunnen hebben op een kwetsbare financiële situatie?
  2. Wat was volgens het college dan de motivatie en afweging om de app toch als middel in te zetten?
  3. Ziet het college dit met de kennis van nu als een verantwoorde keuze in het kader van schuldenpreventie?
  4. Hoe gaat het college in de toekomst voorkomen dat de gemeente kwetsbare hagenaars blootstelt aan inperfecte fintech producten?
  5. Kan het college aangeven of de gemeente nog meer fintech producten promoot onder uitkeringsgerechtigden of mensen in de schuldhulpverlening? Zo ja welke?

 

We kijken uit naar de antwoorden. Een gebrekkig product mag nooit leiden tot schulden of grotere problemen bij mensen met schulden.