De veelbesproken nachtontheffingen die een rol spelen in het corruptieonderzoek van het Openbaar Ministerie hebben bij de Haagse Stadspartij tot nieuwe schriftelijke vragen geleid. Het gaat om de vijf omstreden nachtontheffingen die in september aan zalen- en wokcentra als De Opera zijn verleend.
Peter Bos: “Inmiddels is mij duidelijk geworden dat tijdens twee collegevergaderingen in april gesproken is over een concept-raadsvoorstel over o.a. nachtontheffingen, maar dat is tot twee keer toe aangehouden door het college en uiteindelijk niet naar de raad gegaan. Kennelijk was er binnen het college discussie en kwam men er niet uit. Iets wat ook min of meer werd bevestigd door ex-wethouder Richard de Mos in het TV-programma van Jeroen Pauw.”
Het gaat om het concept-raadsvoorstel “Ruimte voor openingstijden voor horeca: openingstijden, nachtontheffingen en lastenverlichting” dat op 9 en 16 april 2019 is besproken en aangehouden in het college. “Het is hoogst opmerkelijk dat de burgemeester op 18 april alsnog een besluit nam om maximaal vijf nachtontheffingen te verlenen”, vindt Peter Bos. “Heeft de burgemeester dit op eigen houtje gedaan of was dit de uitkomst van de discussie in het college? En waarom is besloten om geen raadsvoorstel naar de gemeenteraad te sturen?”
De nachtontheffingen zijn onderdeel van een justitieel onderzoek naar corruptie wat onlangs leidde tot de val van het Haagse college van B&W. Peter Bos: “Het is zaak dat dit niet alleen justitieel, maar ook intern binnen de gemeente tot op de bodem wordt uitgezocht. De rol van het hele college moet duidelijk worden”.
Schriftelijke vragen: Vervolgvragen Nachtontheffingen
Indieners: Peter Bos, Haagse Stadspartij
Op 18 juni 2019 beantwoordde het college mijn vragen over nachtontheffingen. Hierover stel ik overeenkomstig artikel 30 van het Reglement van orde de volgende schriftelijke vervolgvragen.
1. Volgens de beantwoording van mijn eerdere vragen zijn de nachtontheffingen in de collegevergadering van 16 april 2019 besproken en aangehouden. Uit de besluitenlijst van deze collegevergadering (RIS302449) blijkt dat sprake is van een “Concept-besluit van het college
over het vrijgeven voor inspraak van het concept raadsvoorstel Ruimte voor openingstijden voor horeca: openingstijden, nachtontheffingen en lastenverlichting”. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?
Ja.
2. Een week eerder was hetzelfde concept-besluit ook al aangehouden door het college. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?
Ja.
3. Het concept-besluit heeft een RIS-nummer gekregen, namelijk RIS302320. Het is echter niet terug te vinden in het RIS. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?
Ja, het is juist dat het concept-collegebesluit niet terug te vinden is in het raadsinformatiesysteem (RIS). Dat komt, omdat het concept-collegebesluit niet op het RIS is geplaatst. Het college heeft besloten het stuk aan te houden, omdat het niet akkoord was met het voorliggende conceptcollegebesluit. Het concept-collegebesluit heeft dan ook ten onrechte een RIS-nummer gekregen hetgeen via de besluitenlijst is gepubliceerd.
4. Is het college bereid om het concept-besluit aan de raad toe te zenden? Zo nee, waarom niet?
Nee, zie vraag 3.
5. Wat is de reden dat het concept-besluit op 9 en 16 april is aangehouden?
Zie vraag 3. Het college kan geen verdere toelichting geven, daar de beraadslaging op grond van artikel 54 Gemeentewet door het college in beslotenheid plaatsvindt.
6. Waarom is er na aanhouding van het concept-besluit op 9 en 16 april nooit meer teruggekomen op het concept-besluit door het college?
Het betreffende stuk is sindsdien niet meer geagendeerd geweest voor een collegevergadering.
7. Onderdeel van het concept-besluit was een concept-raadsvoorstel over o.a. Nachtontheffingen. Onder verantwoordelijkheid van welke collegeleden is het concept-raadsvoorstel opgesteld?
Het destijds aangehouden concept-collegebesluit betrof het vrijgeven voor inspraak van het conceptraadsvoorstel. Het voorstel hiertoe is ingediend door de voormalig wethouder Economie, Sport en Buitenruimte.
8. Op 18 april is er wel een besluit genomen over de nachtontheffingen. Is het juist dat dit geen collegebesluit of een raadsbesluit is, maar een burgemeestersbesluit? Zo nee, waarom niet?
Ja.
9. Is het juist dat het in eerste instantie de bedoeling was om een en ander in een raadsvoorstel aan de raad voor te leggen? Zo nee, waarom niet?
10. Kan het college uitleggen waarom niet gekozen is voor een raadsvoorstel, maar voor een burgemeestersbesluit?
11. In hoeverre wijkt het burgemeestersbesluit af van het concept-raadsvoorstel als het gaat om de nachtontheffingen?
Ad 9, 10 en 11: In eerste instantie betrof het een concept-collegebesluit met als onderwerp “Het vrijgeven voor inspraak van het concept raadsvoorstel Ruimte voor horeca: openingstijden, nachtontheffing en lastenverlichting”. Dit voorstel is gesplitst in verschillende onderdelen, waaronder nachtontheffingen. Wat betreft het onderdeel nachtontheffingen het volgende:
Op grond van artikel 174 Gemeentewet is de burgemeester belast met het toezicht op de voor het publiek openstaande gebouwen en met de uitvoering van verordeningen voor zover deze betrekking hebben op dit toezicht. Een verordening waarin deze bevoegdheid is uitgewerkt, betreft de APV. In artikel 2:29 APV zijn sluitingstijden voor horeca-inrichtingen vastgelegd en de bevoegdheid van de burgemeester om hiervan ontheffing te verlenen. Op grond van artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht kan een bestuursorgaan beleidsregels vaststellen met betrekking tot een hem toekomende bevoegdheid. Over de uitoefening van de bevoegdheid van de burgemeester om ontheffing van de sluitingstijden te verlenen, zijn beleidsregels vastgesteld in het horecabeleid. De andere twee gemeentelijke bestuursorganen (de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders) zijn derhalve niet bevoegd ten aanzien van het verlenen van ontheffingen van de sluitingstijden of het vaststellen van beleidsregels hieromtrent.
12. Is het college met mij van mening dat een besluit om het horecabeleid mbt nachtontheffingen te verruimen raakt aan de kaderstellende rol van de raad? Zo nee, waarom niet?
De burgemeester is op grond van de APV bevoegd.
13. Op 18 april 2019 is het burgemeestersbesluit genomen. Kan het college ook aangeven hoe laat het besluit is genomen?
Nee, het tijdstip van ondertekening door de burgemeester is niet bekend.
14. Op 18 april 2019 is een persbericht verstuurd over de nachtontheffingen. Kan het college ook aangeven hoe laat het persbericht is verstuurd?
Het persbericht is verstuurd via het gemeentelijk persberichtensysteem op 18 april om 16.52 uur.
15. Op 18 april 2019 zijn twee nachtontheffingen aangevraagd voor en door De Opera aan de Fruitweg. Op welke wijze zijn deze aanvragen ingediend en hoe laat zijn deze binnengekomen bij de gemeente?
Deze aanvragen zijn digitaal ingediend en op 18 april 2019 om 17.26 respectievelijk 17.38 uur binnengekomen bij de gemeente.
16. Daarnaast zijn er drie aanvragen ingediend, die niet aan de eisen voldeden. Aan welke eisen werd niet voldaan en om welke locaties ging het?
Bij twee aanvragen werd niet voldaan aan de oppervlakte-eisen. Een aanvraag betrof een locatie in de binnenstad. Op grond van de AVG kunnen wij de locaties niet noemen.
17. Is er een Bibob toets uitgevoerd met betrekking tot alle aanvragers? Zo ja, wat kwam daaruit? Zo nee, waarom niet?
18. Zijn er m.b.t. de vijf aanvragers eerder Bibob-onderzoeken gedaan in het kader van eerder aangevraagde exploitatievergunningen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat was daarvan de uitkomst?
Ad 17 en 18: Ja, conform het gemeentelijke Bibob-beleid zijn er ten tijde van de eerste aanvragen voor de drank- en horecavergunning en exploitatievergunning Bibob-toetsen uitgevoerd ten aanzien van de aanvragers. Die leverden geen bezwaren op. Daarna zijn ook bij wijzigingen, bijvoorbeeld in het geval van het bijschrijven van (een) leidinggevende(n), wederom Bibob-toetsen uitgevoerd ten aanzien van de exploitant. Ook deze leverden geen bezwaren op. Er is geen Bibob-toets uitgevoerd in het kader van de nachtontheffingen omdat aanvragen hiervoor (conform het gemeentelijke Bibob-beleid, zie RIS 280746) niet standaard aan een Bibob-toets worden onderworpen.
19. De Wet Bibob biedt de mogelijkheid om een vergunning of ontheffing in te trekken als ter verkrijging van de beschikking een strafbaar feit is gepleegd. Heeft het college dit in overweging genomen? Zo nee, waarom niet?
In de regel is het zo dat er vanuit de opsporingsdienst een bestuurlijke rapportage dan wel OM-tip (ingevolge art. 26 Wet Bibob) volgt wanneer een horecaondernemer subject is (geweest) van een opsporingsonderzoek. Het onderhavige onderzoek is in volle gang. Er is (nog) geen bestuurlijke rapportage ontvangen.
20. De aanvragen van de nachtontheffingen zijn gepubliceerd in het Gemeenteblad. Hoeveel zienswijzen zijn ingediend en wat was de inhoud van de zienswijzen?
Er zijn 6 zienswijzen ingediend tegen de aanvraag voor een nachtontheffing van zowel de Fruitweg 28 als de Fruitweg 34. In de zienswijzen werd met name aangegeven dat er reeds veel overlast is door verkeershinder, parkeeroverlast, overlast door luidruchtige bezoekers en vooral geluidsoverlast door luide muziek. Daarnaast werd verwezen naar de schijn van belangenverstrengeling tussen voormalig wethouder De Mos en de ondernemer van de beide zalencentra in het kader van de beleidswijziging waardoor op vijf nieuwe locaties nachtontheffingen mogelijk zouden worden.
21. Heeft het college inhoudelijk gereageerd op de zienswijzen? Zo ja, met welke argumenten heeft het college de zienswijzen gepareerd?
In een besluit omtrent een nachtontheffing worden uitsluitend zienswijzen weerlegd die betrekking hebben op de nachtontheffing en geen andere onderwerpen (zoals de suggestie van belangenverstrengeling). Volgens vaste jurisprudentie van de bestuursrechter valt ‘inrichtingsgebonden hinder’ (zoals al dan niet mechanisch voortgebrachte muziek) buiten het kader van de vergunning- c.q. ontheffingsprocedures op basis van de APV, voor zover het gaat om de vraag of de desbetreffende horeca-inrichting aan de bij of krachtens de Wet milieubeheer gestelde geluidsnormen voldoet. Dit aspect dient uitsluitend aan de orde te komen in het kader van de handhaving van de Wet milieubeheer en het Activiteitenbesluit. Met toezicht op de naleving van de Wet milieubeheer is overigens niet de burgemeester, maar het college van burgemeester en wethouders belast. De burgemeester is niet bevoegd om aan de gevraagde nachtontheffing voorschriften te verbinden ter zake de niet-naleving van de Wet milieubeheer en het Activiteitenbesluit. Bij geluidsoverlast door luide muziek kan melding worden gedaan bij de Omgevingsdienst Haaglanden via telefoonnummer 0888-333555. Omtrent de vraag of de gevraagde nachtontheffing een te nadelige beïnvloeding van het woon- en leefklimaat met zich zou brengen, zeker gelet op de in de zienswijzen gemelde overlast door verkeer, parkeren en luidruchtige bezoekers, is de politie om advies gevraagd. De politie heeft aangegeven geen redenen te hebben om negatief te adviseren omtrent de gevraagde nachtontheffing, aangezien de politie tot op heden geen overlast heeft geconstateerd naar aanleiding van overlastmeldingen.
22. Wanneer zijn de vijf verleende nachtontheffingen verleend en hoe zijn deze gepubliceerd?
De nachtontheffingen zijn verleend op 20 juni 2019. De ontheffingen zijn niet gepubliceerd, omdat de aanvragen voor de ontheffingen gepubliceerd zijn. Door toezending van de ontheffingen aan de indieners van de zienswijzen is voldaan aan de regels ten aanzien van openbaarheid. Iedere belanghebbende kan bezwaar instellen tegen de ontheffing. Het is niet vereist dat men eerder een zienswijze naar voren heeft gebracht. Indien de aanvragen voor ontheffing gepubliceerd zijn, zijn er wettelijke beslistermijnen. Binnen deze termijn moet een besluit worden genomen. Een burger kan gedurende deze periode contact opnemen met de gemeente met de vraag of er al een besluit is genomen en zo nee, wanneer besluitvorming wordt verwacht. De wetgever verwacht hier actief optreden van de burger.
23. Is het juist dat de burgemeester de vijf nachtontheffingen heeft verleend?
Ja, de burgemeester heeft de vijf nachtontheffingen verleend.
24. Volgens de NRC van 4 oktober 2019 in het artikel “De verstrengelde belangen van Richard de Mos” (zie bijlage) zouden in november 2018 twee drank- en horecavergunningen van Zalencentrum Opera zijn verlengd. Kan het college aangeven of dit klopt en waarom dit is
gebeurd?
Van verlenging van drank- en horecavergunningen is geen sprake, aangezien deze niet voor bepaalde tijd kunnen worden verleend. Op 22 november 2018 heeft de ondernemer verzocht om twee leidinggevenden bij te schrijven op de drank- en horecavergunning van de Fruitweg 28. Dit is op 17 december 2018 gebeurd. Zie verder antwoord 18.
25. Volgens het artikel vroeg NRC het openbare dossier over deze vergunningen op aan de balie van het Haagse stadhuis, maar kreeg deze niet te zien. „U begrijpt wel dat het allemaal heel gevoelig ligt”, aldus de inzage-ambtenaar. Waarom is dit dossier niet ter inzage gegeven?
Journalisten worden altijd naar de juiste afdeling verwezen. Uiteraard zullen rechthebbenden altijd de stukken kunnen inzien.
Het college van burgemeester en wethouders,
de wnd. secretaris, de wnd. burgemeester,
Dineke ten Hoorn Boer Johan Remkes