Ooievaar zoekt vrouwen met babywens

De GGD stuurt vrouwen persoonlijk gerichte brieven waarin ze worden aangesproken op een kinderwens. Fatima Faïd van de Haagse Stadspartij: ‘Waar bemoeit de gemeente zich mee?!”

Update: de schriftelijke vragen zijn beantwoord.

 

Bij vrouwen tussen de 18 en 42 jaar is een op naam geadresseerde brief van de gemeente op de deurmat gevallen met de oproep om baby’s te krijgen. Althans zo kan de door de GGD verstuurde brief met de oproep om naar een kinderwensspreekuur te komen door een deel van de geadresseerden worden begrepen. “De overheid komt nu wel erg ver achter de voordeur, en beweegt zich zelfs richting bed!” zegt een verontwaardigde Fatima Faid, fractievertegenwoordigster van de Haagse Stadspartij.

In de Nederlandse grote steden is de babysterfte in vergelijking met de ons omringende landen iets hoger, maar om nu iedereen een brief te sturen gaat Faid wel erg ver. “Dit is vooral bedenkelijk in de wetenschap dat de belangrijkste oorzaak van perinatale sterfte de slechte afstemming in de keten van zorg tijdens de zwangerschap en geboorte is. Dat los je met deze uitnodiging echt niet op.”
De brief bevat een lijstje van verloskundigen waar vrouwen zich kunnen melden. “Straks krijgen we nog allemaal een brief met een lijst van fietsenwinkels waar we fietsen kunnen kopen, omdat we meer moeten bewegen.” schampert Faïd. De Haagse Stadspartij heeft via schriftelijke vragen het college om opheldering gevraagd

BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN
van het raadslid de heer G.H.M. Wijsmuller

Den Haag, 2 juli 2013
Inzake: Brief met ooievaarslogo over kinderwensspreekuur

Het raadslid de heer G.H.M. Wijsmuller heeft op 6 juni 2013 een brief met daarin twaalf vragen aan
de voorzitter van de gemeenteraad gericht.
Overeenkomstig artikel 38 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden
van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.
Naar aanleiding van brieven van de GGD gericht aan vrouwen tussen de 18 en 42 jaar over
kinderwensspreekuur, is er de nodige beroering ontstaan. In deze brief worden vrouwen in acht
verschillende talen aangesproken op een mogelijke kinderwens en uitgenodigd om naar het
kinderspreekuur te komen. Onder verwijzing naar artikel 38 van het reglement van orde leg ik het
college de volgende vragen voor.

1. Was het college op de hoogte van deze actie van de GGD?

Ja, het college was op de hoogte. Deze actie vloeit voort uit het landelijk onderzoeksprogramma
Healthy Pregnancy 4 ALL (HP4All). Op verzoek van VWS voert het Erasmus MC dit programma in
14 gemeenten met ongunstige zwangerschapsuitkomsten uit, waaronder Den Haag. Dit programma is onderdeel van het Haagse Aanpak Perinatale Gezondheid (HAPG). Met de brief van 10 mei 2012 (RIS 2490150 is de raad over de Haagse aanpak perinatale gezondheid geïnformeerd. Gebaseerd op de onderzoeksresultaten naar de perinatale sterfte in Den Haag 2002-2008 en de aanbevelingen van het College Perinatale Zorg hebben de beroepsgroepen samen met de GGD Den Haag dit plan opgesteld.
Leidend motief daarbij is: “Een goede geboorte en gezonde start voor alle ca. 7000 Haagse
nieuwgeborenen per jaar”.

2. Is deze brief aan alle vrouwen tussen de 18 en 42 jaar in Den Haag gestuurd, of is er een selectie gemaakt? Indien sprake is van selectie, op basis van welke criteria?

Op basis van onderzoek naar de perinatale sterfte zijn de achterstand score en het aantal bewoners van Surinaamse afkomst in een wijk als criteria gehanteerd. Dit betekent dat de brief aan alle vrouwen tussen de 18 en 42 jaar in de Schilderswijk, Sationsbuurt, Transvaalkwartier, Groenten en Fruitmarkt, Moerwijk, Morgenstond, Bouwlust-Vredenrust, Leyenburg, Laakkwartier en Spoorwijk, Rustenburg en Oostbroek, Regentessekwartier en Valkenboskwartier is verstuurd.

3. Het kinderwensspreekuur bestaat al langer en heette voorheen preconceptie-spreekuur, maar in
de commissiebrief over de Haagse Aanpak Perinatale Sterfte van 10 mei 2012 wordt hierover met
geen woord gesproken. Waar komt de focus op het kinderspreekuur ineens vandaan? Zijn er
ervaringen bekend dat een bezoek aan het kinderspreekuur helpt in het terugdringen van
perinatale sterfte?

Het kinderwens spreekuur vindt zijn grondslag in de onderkenning dat een late zorgstart bij
zwangerschap een risicofactor is. In bijlage 3 van de genoemde commissiebrief worden de 7
speerpunten beschreven waarlangs betrokken beroepsgroepen en GGD Den Haag de perinatale sterfte willen terugdringen. Specifiek speerpunt 3 omvat het nemen van algemene maatregelen ter
bevordering van de perinatale gezondheid, gericht op de populatie, ongeacht een eventueel verhoogd
risico. Het doel is de algemene gezondheidssituatie te verbeteren, risicovolle leefwijzen al vóór conceptie te reduceren en een late zorgstart voorkomen.

4. De brief bevat een lijstje van verloskundigen waar vrouwen zich kunnen melden. Sinds wanneer
maakt de gemeente reclame voor zelfstandige ondernemers?

Alle verloskundigen praktijken zijn benaderd om te participeren in het onderzoek naar het
preconceptieconsult. Alleen die huisartsen en verloskundigen die hieraan willen bijdragen zijn in de brief opgenomen. Het landelijke programma HP4All vergoedt de extra kosten waardoor het
kinderwens spreekuur gratis aangeboden kan worden.

5. In Nederland is in vergelijking met de ons omringende landen de babysterfte iets hoger. Worden vrouwen in de omliggende landen soms via een persoonlijk geadresseerde brief uitgenodigd voor een kinderwensspreekuur?

Uit internationale vergelijkingen blijkt dat het zorgaanbod overal verschillend is georganiseerd. Ook preventieve activiteiten, of het inbedden van preventieve activiteiten in reguliere zorg is verschillend georganiseerd. In sommige landen wordt gewerkt via het levensloop-perspectief, in andere landen zijn er specifieke preconceptie programma’s. Het nut van preconceptiezorg is wetenschappelijk aangetoond en dit is de reden om nu in Nederland te onderzoeken op welke wijze vrouwen het beste toegeleid kunnen worden naar het preconceptie consult.

6. Uit landelijk onderzoek blijkt dat een slecht werkende keten van zorg aan zwangere vrouwen een
belangrijke reden is voor de hogere score in Nederland op perinatale sterfte. Kunt u aangeven
hoeveel vrouwen in Den Haag jaarlijks bevallen in het ziekenhuis en hoeveel thuis?

Wij vernemen graag op welk landelijk onderzoek u doelt. Het is onbekend wat specifiek de invloed
van de organisatie van de geboortezorgketen is op de perinatale sterfte. Wel richt de Haagse Aanpak
Perinatale Gezondheid zich op meerdere (f)actoren die van invloed kunnen zijn. Hieronder vallen
verschillende projecten waarbij ook de zorgketen werkt aan het bevorderen van de perinatale
gezondheid. Het kinderwensspreekuur is één van de activiteiten die hieruit voortvloeit. Wel is bekend dat verschillen in screening of beleid bij te vroeg geborenen van invloed zijn. In 2011 beviel in Nederland 17% van alle vrouwen thuis. De landelijke perinatale data gegevens geven geen inzicht in regionale dan wel Haagse gegevens. Haagse verloskundigen en gynaecologen geven aan dat het in Den Haag lager is.

7. Uit landelijk onderzoek blijkt dat er groepen vrouwen zijn die een verhoogd risico hebben op
babysterfte tijdens of net voor/na de bevalling. Kunt u voor Den Haag aangeven welke groepen dit
zijn? En hoeveel van de risicogroepen bevallen in het ziekenhuis en hoeveel thuis?

Uit het onderzoek naar de perinatale sterfte in Den Haag 2002-2008 bleek dat de perinatale sterfte bij de bevolkingsgroep met een lage Sociaal Economische Status, en bij de Hindostaanse en Creoolse vrouwen meer voorkomt dan het gemiddelde sterfte cijfer.
Ook bleek dat de meeste sterfte al in de foetale fase gebeurt. Driekwart van de sterfte vindt plaats bij te vroeg geborenen, deze vrouwen bevallen in het ziekenhuis.
De verhouding thuis- ziekenhuisbevalling van risico groepen is onbekend. De keuze voor
thuisbevallingen is voorbehouden aan vrouwen met een gezonde zwangerschap (geen problemen, géén
meerling, in hoofdligging en op tijd geboren). Ook bespreken de verloskundigen met de vrouw of de
woonsituatie adequaat is voor de thuisbevalling.

8. Is het college bekend met het feit dat bij veel groepen het versturen van een brief niet de manier is om mensen ergens over voor te lichten?

Ja, het college is ermee bekend dat voor een aantal mensen sec een brief niet volstaat. Rond het
preconceptieadvies worden dan ook verschillende toeleidingsmethodieken onderzocht en
uitgeprobeerd.

9. Welke (migranten)vrouwenorganisaties in de stad zijn betrokken bij het probleem van te hoge
babysterfte, en welke (migranten)vrouwenorganisaties in de stad hebben meegedacht over deze brief?

De Haagse situatie rond perinatale sterfte is al langer bekend bij een breed scala van organisaties in de wijk, w.o. verschillende vrouwenorganisaties. Zeer verschillende initiatieven zijn gestart om vrouwen,
mannen en de bevolking in algemene zin te informeren. In de tweede helft van 2013 zal dit ook ondersteund worden door ambassadeurs en voorlichters die hier specifiek in zijn getraind.

10. De brief is in meerdere talen geschreven. Wanneer wordt hiervoor gekozen, en wanneer wordt
gekozen om het alleen in Nederlands te doen?

Dit is niet juist, de brief zelf is alleen in het Nederlands geschreven. Een korte samenvatting hiervan, de kernboodschap, is in verschillende talen opgenomen in een bijlage bij de brief. Hiervoor is gekozen om zoveel mogelijk vrouwen te attenderen op de inhoud van de brief. De brief met bijlage zijn opgesteld conform het vastgestelde gemeentelijke vertaalbeleid. Hierin worden de richtlijnen van de Rijksvoorlichtingsdienst en de afspraken uit het coalitieakkoord (2010-2014) gevolgd. Kort samengevat is het uitgangspunt: zo weinig mogelijk vertalen tenzij er sprake is van levensbelang.
Daarnaast kan attenderingscommunicatie in een vreemde taal worden ingezet. Hierbij gaat het
bijvoorbeeld om een korte samenvatting in een vreemde taal die oudkomers, net ingeburgerde
Hagenaars, werknemers uit EU-lidstaten en/of asielzoekers attendeert op iets wat voor hen en voor de gemeente van belang is.

11. In de brief wordt in het Nederlands enigszins genuanceerd en bij voorbaat verontschuldigend
uitgelegd wat de bedoeling van de brief is, en wordt aangegeven dat een bezoek aan het
kinderspreekuur niet verplicht is. In de verschillende buitenlandse talen echter ontbreekt deze nuance geheel. Is het college met mij van mening dat je het goed moet doen, of niet?

Zie de beantwoording van vraag 10

12. Kan het college zich voorstellen dat deze persoonlijk geadresseerde brief verkeerd begrepen kan worden of om persoonlijke redenen verkeerd kan vallen? Zo ja, is het college met mij van mening
dat de overheid terughoudend dient te zijn om zich in de persoonlijke levenssfeer te begeven? Zo
nee, waarom niet?

Het college kan het zich voorstellen dat een brief anders begrepen of ervaren wordt dan bedoeld. Dat
risico bestaat altijd, daarom is in de brief ook aangegeven dat deze mogelijkheid bestaat.
Wat de gewenste terughoudendheid betreft is het college van mening dat burgers alleen
beargumenteerd met redenen benaderd worden. Het college acht het terugdringen van perinatale sterfte van groot belang, zeker gelet op de hoge Haagse score.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,
mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen