Mariahoeve beschamend beschermd

De Haagse Stadspartij wil van het college weten hoe het staat met het beschermd stadsgezicht in Mariahoeve. De wederopbouwwijk Mariahoeve is door het Rijk bestempeld tot “Toonbeeld van wederopbouw” en behoort tot de 30 gebieden die uit cultuurhistorisch oogpunt van nationaal belang worden geacht voor de wederopbouwperiode 1940-1965. Raadslid Peter Bos: “Hoe de gemeente daar mee om gaat is onnavolgbaar, vandaar dat ik schriftelijke vragen heb ingediend”.

 

Uit onderzoek van Bos blijkt dat Mariahoeve al in 2004 is aangewezen tot gemeentelijk beschermd stadsgezicht door de gemeenteraad. Bos: “Dat was een unaniem besluit op voorstel van het college en op basis van alle beschikbare adviezen die zonder uitzondering positief waren. Na dit besluit gingen de woningbouwcorporaties piepen, want die willen in Den Haag traditiegetrouw maar één ding en dat is slopen. Dat hebben we recent nog gezien met de Drevenbuurt, waar Staedion een heel beschermd stadsgezicht wil wegvagen.”

 

Waar het gepiep van de corporaties over Mariahoeve toe heeft geleid is onduidelijk. Bos: “De raad heeft sinds 2004 geen nieuw besluit genomen en niets meer vernomen van de piepende corporaties of van het college. In 2018 wilde het college een nieuw besluit nemen, maar dat hebben we nooit gekregen, want dat is teruggetrokken.”

 

Bos draagt het college op om te bevorderen dat Mariahoeve een Rijks beschermd stadsgezicht wordt. Peter Bos: “Mariahoeve is volgens de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed van nationaal belang en een prachtige wederopbouwwijk. Het college zou weleens wat trotser mogen zijn op ons erfgoed in plaats van beschermde stadsgezichten op te heffen en aan hun lot over te laten”.

 

 

Schriftelijke vragen: Beschermd stadsgezicht Mariahoeve

 

Indieners: Peter Bos, Haagse Stadspartij

 

Datum  3-3-2022

 

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

 

De Wederopbouwwijk Mariahoeve is in 2004 door de gemeenteraad aangewezen tot gemeentelijk beschermd stadsgezicht. Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stel ik hierover de volgende schriftelijke vragen:

 

  1. Op 4 november 2004 nam de gemeenteraad unaniem het raadsvoorstel “Voordracht tot aanwijzing van drie gemeentelijk beschermde stadsgezichten uit de wederopbouwperiode (..) aan (RIS 120560)”. Volgens het raadsvoorstel bleek een drietal gebieden te voldoen aan de criteria om te worden aangewezen tot beschermd stadsgezicht, waaronder Mariahoeve.

 

Is dit juist?

 

  1. Op 3 mei 2005 schreef het college het volgende aan de raad (RIS 127528):

 

“In uw vergadering van 4 november 2004 heeft u het besluit genomen tot de aanwijzing van drie gemeentelijk beschermde stadsgezichten uit de wederopbouwperiode (..). Naar nu is gebleken zijn er van de zijde van drie woningbouwcorporaties zienswijzen ingekomen met betrekking tot de aanwijzing van Mariahoeve. Daarom zal na overleg met de betrokken corporaties een nieuw voorstel omtrent de bescherming van Mariahoeve aan de raad worden voorgelegd.”

 

Is dit juist?

 

  1. Wanneer is het raadsbesluit tot aanwijzing ter inzage gelegd, voor hoe lang en op welke wijze is dat gepubliceerd?

 

  1. Op basis van welk artikel uit de Monumentenverordening is dit gebeurd?

 

  1. Welke versie van de Monumentenverordening gold op dat moment?

 

  1. Kan het college de zienswijzen van de drie woningbouwcorporaties naar de raad sturen? Zo nee, waarom niet?

 

  1. Wat heeft het overleg met de drie woningbouwcorporaties opgeleverd?

 

  1. Hoe zijn de zienswijzes afgehandeld?

 

  1. Kan het college de schriftelijke afdoening van deze zienswijzes en een eventueel besluit hierop aan de raad zenden? Zo nee, waarom niet?

 

  1. Waarom is het in RIS127528 aangekondigde nieuwe voorstel omtrent de bescherming van Mariahoeve nooit aan de raad voorgelegd?

 

  1. Het dictum van het raadsvoorstel dat op 4 november 2004 werd aangenomen om Mariahoeve aan te wijzen tot beschermd stadsgezicht luidde als volgt:“Op grond van artikel 14 van de monumentenverordening Den Haag (..) Mariahoeve (..) aan te wijzen tot gemeentelijk beschermd stadsgezicht”.

 

De raad heeft daarna geen besluit genomen om dit in te trekken of te wijzigen. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

 

  1. In de besluitenlijst van de vergadering van het college van Den Haag d.d. 20 februari 2018 (RIS299905) staat:

 

“Concept-raadsmededeling over Ter inzage legging voordracht tot aanwijzing van Mariahoeve tot gemeentelijk beschermd stadsgezicht.”

 

Waarom wilde het college 14 jaar na de eerdere aanwijzing Mariahoeve opnieuw aanwijzen tot beschermd stadsgezicht?

 

  1. Wat was op dat moment de visie van de drie woningbouwcorporaties en waar blijkt dat uit?

 

  1. Uit de besluitenlijst blijkt dat dit voorstel is teruggenomen. Wat was de reden dat dit voorstel is teruggenomen?

 

  1. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) deed in 2002-2008 onderzoek naar de gebiedsontwikkelingen en ruimtelijke ordening in de wederopbouwperiode van Nederland. Hieruit volgde een selectie van 30 gebieden die van nationaal belang worden geacht voor de periode 1940-1965. Een van de 30 gebieden betrof Mariahoeve. Is dit juist?

 

  1. De RCE heeft n.a.v. deze selectie de brochure “Den Haag Mariahoeve, een toonbeeld van wederopbouw” uitgegeven. Zie: https://www.cultureelerfgoed.nl/binaries/cultureelerfgoed/documenten/publicaties/2016/01/01/den-haag-mariahoeve-een-toonbeeld-van-wederopbouw/14_Mariahoeve_Den-Haag_web.pdf

 

Kent het college deze brochure?

 

  1. Aangezien Mariahoeve door het Rijk van nationaal belang wordt geacht zou aanwijzing tot Rijks Beschermd stadsgezicht voor de hand liggen. Is het college bereid om te bespoedigen dat Mariahoeve wordt gepromoveerd van gemeentelijk tot Rijks beschermd stadsgezicht? Zo nee, waarom niet?

 

Peter Bos

Haagse Stadspartij