Het spook van de Habo duikt weer op

Meer dan 20 jaar geleden verbrak de gemeente Den Haag de banden met het gemeentelijk bouwbedrijf HABO. Door een jarenlange aaneenschakeling van wanbeleid en gesjoemel wilde de gemeente in 1996 van het bedrijf af. Via een management buy-out werden de aandelen verkocht aan de toenmalige directeur. Peter Bos, raadslid van de Haagse Stadspartij, ontdekte recent dat onduidelijk is of de gemeente geld heeft ontvangen voor de aandelen, terwijl er wel degelijk een prijs was afgesproken. Bos stuitte op dit feit toen onlangs bekend werd dat het voormalige Habo-hoofdkantoor in de Radarstraat via een ABC-constructie is verkocht, waardoor op één dag een verkoopwinst werd behaald van 900.000,- euro.

In schriftelijke vragen vraagt het raadslid het college van B&W om opheldering. Geschetst wordt hoe de Habo in de jaren ’80 is verworden tot een speelbal van aandelen- en vastgoedspeculanten die het gemeentelijke bedrijf ten gronde hebben gericht, waardoor het uiteindelijk failliet ging. De afhandeling van de deconfiture van de HABO met rechtszaken en schikkingen is volgens Bos nogal warrig verlopen. Niet alleen de aandelentransactie, maar ook allerlei vastgoedtransacties van de Habo, waarbij de toenmalige directeur via andere b.v.’s betrokken was, roepen bij Bos vragen op. Zo hebben er ruim een jaar voor het faillissement vastgoedtransacties plaatsgevonden met panden in de Binckhorstlaan en de Radarstraat, die daarna weer met woekerwinsten zijn doorverkocht. Bos: “Waarom de gemeente dit allemaal heeft laten gebeuren is mij een raadsel”.

Schriftelijke vragen: Verkoop voormalig Habo-hoofdkantoor
Indiener: Peter Bos

Het raadslid de heer Bos heeft op 10 maart 2020 een brief met daarin dertig vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Overeenkomstig artikel 30 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.

Op 17 juni 2015 is het voormalige kantoor van de N.V. Habo aan de Radarstraat 1 en 3 verkocht. Naar aanleiding hiervan stel ik  overeenkomstig artikel 30 van het Reglement van orde de volgende schriftelijke vragen:

1. Het bouwbedrijf Haagse Bouwonderneming (Habo) is door de gemeente Den Haag in 1921 opgezet om de prijsopdrijving door de bouwsector tegen te gaan en de concurrentie te verbeteren. De Habo heeft decennialang ten dienste van de gemeente bouwopdrachten
uitgevoerd. Op 3 oktober 1996 besloot de gemeenteraad om afscheid te nemen van het bedrijf door delen van het Habo-concern te verkopen en de aandelen van de N.V. Habo te verkopen aan de directeur van het bedrijf (RIS18836). Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

Dit is juist.

2. Met de verkoop van de aandelen aan de directeur was sprake van een management buy out. Met de directeur van de NV HABO was volgens het raadsvoorstel overeenstemming bereikt over de verkoop van de gemeentelijke aandelen voor de nominale waarde ad. F 0,5 mln, waarvoor een lening onder nader door de burgemeester en wethouders te stellen voorwaarden zou worden verstrekt. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

Dit is juist.

3. De aandelen, die de directeur in een aparte – eigen vennootschap zou onderbrengen, zouden volgens het raadsvoorstel worden  gecertificeerd, waarbij het stemrecht zou worden ondergebracht in een stichting. Met het oog op de belangen van de gemeente, vooral met het oog op de werkgelegenheid in de overgangsfase, was het gewenst dat de gemeente voor een beperkte periode een vertegenwoordiger in het stichtingsbestuur zou aanwijzen. Heeft de certificering ook daadwerkelijk plaatsgevonden? Zo nee, waarom niet?

De certificering heeft plaatsgevonden. Op 27 december 1996 is de Stichting Administratiekantoor Habo NV opgericht en worden op dezelfde datum per notariële akte de aandelen Habo ten titel van beheer aan de Stichting overgedragen. 

4. En zo ja, wanner en op welke wijze zijn de aandelen gedecertificeerd?

Decertificering had moeten plaatsvinden rondom 27 dec 1997. Op 8 feb 1998 ging Habo failliet. In het archief is geen documentatie over decertificering aangetroffen. Het is aannemelijk dat de decertificering daardoor niet heeft plaatsgevonden.

5. Wat was de naam van de stichting, welke vertegenwoordiger van de gemeente heeft zitting genomen in het bestuur, welke anderen maakten deel uit van het bestuur van de stichting en voor welke periode?

De naam van de stichting was Stichting Administratiekantoor Habo. In het bestuur van de stichting zaten, volgens het archief, op 27 december 1996 de heren Goeree, Van Aken (gemeente) en Mortier. Op 9 februari 1998 (faillissement Habo) staan in het handelsregister van de KvK ingeschreven Goeree als directeur en Mortier, Kokje en Temorshuizen als commissaris.

6. In de beantwoording van schriftelijke vragen d.d. 4 juli 2000 (RIS077103) stelde het college dat de aandelen van de N.V. Habo in 1996 verkocht zijn aan Gravenhoorn Beheer B.V. Gaat het hier om een vennootschap waarvan de voormalig directeur van de Habo directeur-aandeelhouder was? Zo nee, waarom niet.

Ja.

7. Was Gravenhoorn B.V. daarmee bestuurder van de N.V. Habo? Zo nee, waarom niet?

Ja.

8. De aandelen in de N.V. Habo zouden worden verkocht onder nader door de burgemeester en wethouders te stellen voorwaarden. Welke voorwaarden zijn door het college gesteld.

Het gaat om een aantal technische voorwaarden en over voorwaarden voor een toekomstige verrekening bij een eventuele verkoop van project Catsheuvel.

9. Op welke wijze en op welke datum zijn de aandelen in 1996 verkocht?

De aandelen zijn bij notariële akte geleverd op 10 december 1996.

10. Ter financiering van de aandelentransactie heeft het college een geldlening verstrekt van f 0,5 mln onder nader door burgemeester en wethouders te stellen voorwaarden. Deze lening werd verstrekt aan eveneens Gravenhoorn Beheer B.V. Om welke voorwaarden ging het?

De geldlening was onderdeel van de management buy-out (MBO). Gezien de krappe financiële positie waarin HABO zou verkeren werd de koopsom van de MBO geleend op een dusdanige wijze dat Gravenhoorn Beheer middels winstgeneratie van Habo in staat werd gesteld liquide middelen te onttrekken op grond waarvan inlossing kon geschieden. Er zijn voorwaarden geformuleerd ten aanzien van de rentebetaling en aflossingen.

11. Waarom heeft het college destijds een geldlening verstrekt?

Zie het antwoord op vraag 10.

12. Welke afspraken zijn gemaakt inzake het betalen van rente en aflossing mbt deze lening?

De afspraken hieromtrent zijn gevat in een overeenkomst van geldlening. Daarin staan de afspraken over het rentepercentage (6% per jaar) en de aflossing (vijf gelijke termijnen vanaf december 1997). In de overeenkomst waren met Gravenhoorn aanvullende afspraken gemaakt over het aanwenden van het dividend voor de aflossing van de lening.

13. Hoeveel rente en aflossing heeft de gemeente ontvangen uit deze lening?

Geen. Deze vordering is aangehouden tot het eindigen van het faillissement van het Habo -concern (RIS 077103).

14. Op 9 februari 1998 is het faillissement uitgesproken van de N.V. Habo. In de beantwoording van schriftelijke vragen d.d. 4 juli 2000 (RIS077103) stelde het college dat de vordering op Gravenhoorn Beheer B.V. wordt aangehouden tot het eindigen van het faillissement van het Habo-concern en dat het gaat om een vordering op Gravenhoorn B.V. ad f. 572.000,- (incl. rente)? Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

Dit is juist.

15. Wat heeft het college ondernomen om de vordering via de curator of anderszins te incasseren?

De vordering op Gravenhoorn Beheer BV is betrokken bij de afwikkeling van de schikking in 2002. En zijn er afspraken gemaakt over de openstaande geldlening.

16. In 2001 is de gemeente Den Haag gedagvaard op verzoek van de curatoren in het faillissement van de Habo vanwege onbehoorlijk bestuur/ toezicht en benadeling van crediteuren. In een brief d.d. 18 juni 2002 meldde het college dat het een schikking wilde treffen inzake het faillissement van Habo. Het ging om een schikkingsbedrag van E567.225,- voor alle gedaagden. Welke gedaagden waren dat en hoeveel hebben zij ieder financieel bijgedragen aan de schikking?

De gedaagden bestonden uit de gemeente Den Haag en 8 andere natuurlijke en rechtspersonen. Met de voormalige bestuurder en NV Stedelijk Belang is in 2002 afgesproken dat zij participeren in de schikking met respectievelijk euro 68.067 en euro 158.825.

17. Wat was de reden dat anderen dan de gemeente waren gedagvaard?

De gemeente en de overige gedaagden zijn allen op verschillende wijze betrokken geweest bij de gang van zaken die heeft geleid tot de déconfiture van Habo en het daaropvolgend faillissement.

18. Is de vordering op Gravenhoorn Beheer B.V. (de lening voortvloeiende uit de management buyout Habo) betrokken bij de  onderhandelingen over de schikking of anderszins nog verhaald? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze?

Ja, tegelijk met de schikking zijn afspraken gemaakt over afwikkeling van de geldlening van de management buy out

19. Wat heeft het college ondernomen om het volledige bedrag van de vordering terug te eisen?

Voor de afwikkeling is een vaststellingsovereenkomst opgesteld. Gravenhoorn Beheer BV heeft aan de hierin afgesproken betalingsverplichting voldaan.

20. Welk bedrag heeft het college uiteindelijk moeten afboeken wegens oninbaarheid of door kwijtschelding van deze vordering?

De lening in het kader van de Management Buy Out betrof euro 226.890. In de vaststellingsovereenkomst uit 2002 is een bedrag van euro 45.378 afgesproken ter finale kwijting van genoemde lening.

21. Op 30 december 1996 heeft de N.V. Habo het pand Radarstraat 1 en 3 verkocht aan Rodis Beheer voor f 2.070.000,-. Het betrof hier het hoofdkwartier van het Habo-concern. Rodis Beheer B.V. is een vennootschap van de toenmalige directeur van de N.V. Habo. Is dit juist? Zo
nee, waarom niet?

De transactie heeft plaatsgevonden nadat de aandelen door de gemeente waren overgedragen en destijds was er in onze contacten met de HABO geen sprake van de onderhavige verkoop.

22. Was het college destijds op de hoogte van de verkoop? Zo nee, waarom niet? Zo ja, waarom is er toestemming verleend voor deze verkoop?

Zie het antwoord op vraag 21.

23. Het pand is op 17 juni 2015 door Rodis Vastgoed b.v., dochtermaatschappij van Gravenhoorn Beheer B.V., verkocht aan twee partijen en op dezelfde dag weer doorverkocht. Met deze laatste aan- en verkoop is op één dag een verkoopwinst van 900.000,- euro behaald. Is het college hiervan op de hoogte? Zo nee, waarom niet?

Het college heeft geen inzage in de boekhouding van Rodis Vastgoed BV en kan derhalve dit niet bevestigen.

24. Volgens het verslag van de parlementaire ondervragingscommissie Ongewenste beïnvloeding uit onvrije landen (POCOB) was sprake van een ABC-constructie. Heeft het college onderzocht wat de achtergrond was van deze transactie? Zo nee, waarom niet?

Met de afhandeling van het faillissement en de schikking uit 2002 heeft de Gemeente Den Haag geen financiële en /of juridische betrokkenheid bij deze transactie. In het verslag van het gesprek dat de POCOB heeft gevoerd met burgemeester Krikke was deze transactie, voor zover bekend, geen onderwerp van gesprek.

25. Op 30 december 1996 kocht de N.V. Habo het pand Binckhorstlaan 255 voor f.4.900.000,- om het dezelfde dag nog voor f. 3.490.000,- door te verkopen aan Rodis Beheer B.V., de vennootschap van de toenmalige directeur van de N.V. Habo. Daarmee verloor de N.V. Habo op
een dag het bedrag van f.1.410.000,- en boekte Rodis Beheer B.V. een evengrote winst. Is het college hiervan op de hoogte? Zo nee, waarom niet?

De transactie heeft plaatsgevonden nadat de aandelen door de gemeente waren overgedragen en destijds was er in onze contacten met de HABO geen sprake van de onderhavige verkoop. 

26. Het college heeft bij deze transactie niet ingegrepen. Is dit juist? Zo ja, waarom heeft het college niet ingegrepen?

Zie het antwoord op vraag 25.

27. Het college heeft dit ook niet aangegrepen om beslag te leggen bij de toenmalige directeur om de schuld die de directeur van de N.V. Habo had bij de gemeente Den Haag in te lossen. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

Voor de aflossing van de geldlening waren afspraken gemaakt. Na het faillissement is de afwikkeling betrokken bij de schikking.

28. Op 11 januari 2007 kocht de gemeente Den Haag het pand Binckhorstlaan 255 van Rodis voor 4 miljoen euro. daarmee heeft Rodis een verkoopwinst behaald van ruim 2,4 miljoen euro. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?

De gemeente heeft het pand op 11 januari 2007 gekocht voor euro 4 miljoen. Volgens het kadaster heeft Rodis op 30 december 1996 het pand gekocht voor euro 1,6 miljoen (fl 3.490.000 gulden).

29. Wat was de reden van de aankoop door de gemeente?

Het betrof een strategische aankoop in het kader van de publiek private samenwerking voor de ontwikkeling van de Binckhorst.

30. Waarom is ook bij deze laatste transactie geen actie ondernomen om de schuld van de toenmalige directeur van de N.V. Habo op te eisen?

Met het nakomen van de vaststellingsovereenkomst door Gravenhoorn Beheer BV is er geen vordering meer op de toenmalige bestuurder. De juridische grondslag voor genoemde actie ontbreekt.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris a.i., de burgemeester,
Ilma Merx Jan van Zanen