In één week tijd is het bidbook voor Culturele Hoofdstad 2018 gelanceerd, het besluit voor een duur nieuw cultuurpaleis genomen, en tegelijkertijd besloten om fors te bezuinigen op het Kunstenplan. Deze onbegrijpelijke tegenstrijdigheid is het gevolg van gebrek aan visie bij de coalitie.

Kaalslag in het Kunstenplan
Het besluit om in Den Haag structureel 14 miljoen euro te bezuinigen op het cultuurbudget (- 22%!) was al genomen met het coalitieakkoord in 2010. Na een kaasschaafronde, waarbij alle culturele instellingen 7,5 % van hun budget moesten inleveren, is nu met het Kunstenplan definitief ruim 2 jaar later vast komen te staan tot welke culturele kaalslag dit leidt. De subsidie is stopgezet van theater de Regentes, theater Zeebelt, het open lucht theater Zuiderpark, ALBA theaterhuis, theatergroep Drang, literair theater Branoul, poëziefestival Dichter aan Huis, filmfestival Shoot Me, jazzprogrammering Prospero, popcentrum Musicon, barokorkest New Dutch Academy, kunst- en cultuurbureau ACKU en het platform voor hedendaagse kunst TAG. Daarnaast zijn de volgende instellingen fors gekort: Vrije Academie (- 77%), kunstuitleencentrum Heden (- 54%), kunsteducatiecentrum het Koorenhuis (- 40%), het Residentie Orkest (- 30%), amateurkunstcentrum Culturalis (- 27%) en onderwijsmuseum het Museon (- 20%). In absolute zin vallen de grootste klappen bij het Residentie Orkest (1,5 miljoen) en het Koorenhuis (2,5 miljoen). Bij het Residentie Orkest wordt de orkestformatie van 94 tot 60 teruggebracht, waardoor het orkest niet meer in staat is om grote symfonieën van Mahler en Bruckner te spelen. Het Koorenhuis wordt nu in drieën opgesplitst, de dependance in ZuidWest wordt gesloten, buitenschoolse educatie wordt niet meer gesubsidieerd, en vele muziek- en tekendocenten worden ontslagen.

Foute keuzes
Met het gereserveerde budget om in 2018 Culturele Hoofdstad te worden, had de bezuiniging deze Kunstenplanperiode geheel ongedaan kunnen worden gemaakt. En alleen al met de kapitaalslasten die voor een nieuw cultuurpaleis op het Spuiplein worden aangegaan, kunnen veel bezuinigingen voor maar liefst de komende 40 jaar ongedaan worden gemaakt. Veel geld voor prestige en een muziekpaleis, en tegelijkertijd theaters, festivals en gezelschappen de nek omdraaien, het orkest kortwieken en de muziekschool in mootjes hakken… Het zijn de bizarre keuzes van dit college. De Haagse Stadspartij verzet zich hier fel tegen en heeft uiteraard tegen de kaalslag in het Kunstenplan gestemd.

Ideeënarmoede
Het gedweep naar Culturele Hoofdstad, het nieuwe Cultuurpaleis en de forse bezuinigingsoperatie vinden allemaal plaats onder verantwoordelijkheid van D66-wethouder Marjolein de Jong. De basis voor de pijnlijke keuzes in het Kunstenplan werd gelegd door het zeer omstreden en soms slecht gefundeerde advies van de commissie Hirsch Balin. Maar in plaats van fouten en tegenstrijdigheden in dit (in veel te korte tijd tot stand gekomen) advies te corrigeren, koos De Jong er voor om zich achter dit advies te verschuilen en stuurde het nagenoeg ongewijzigd aan de raad ter besluitvorming door. Ook de raad durfde het niet aan om bestuurlijke verantwoordelijkheid te nemen, en stelde het voorstel ongewijzigd vast. De Haagse Stadspartij heeft wel nog als enige partij geprobeerd om binnen de te krappe kaders met concrete voorstellen voor Dichter aan Huis, Prospero, New Dutch Academy en de Grafische Werkplaats de schade te beperken. Maar de coalitiepartijen durfden het domweg niet aan om ook maar iets in het voorstel te wijzigen. Zelfs een potje met extra geld van ruim 2 miljoen euro wist de coalitiepartijen niet te bewegen om nog een instelling te redden. De enige uitzondering hierop vormde de Grafische Werkplaats, die er jaarlijks 24.000,- euro bij krijgt om de werkplaats open te houden. De Haagse Stadspartij is op zich erg blij met dit succesje, maar vindt dit wel een erg schrale oogst op een een kunstenbegroting van 49 miljoen euro.