College knoeit met kunstenplan

Culturele instelling Kosmopolis dreigt het eerste slachtoffer van blinde bezuinigingswoede te worden. Het college heeft Kosmopolis in de vakantie de wacht aangezegd, maar volgens de Haagse Stadspartij mag het college niet eigenhandig in het Kunstenplan snijden. Het besluit om de exploitatiesubsidie te stoppen is bovendien in strijd met gemaakte afspraken. De HSP roept het college op om eerst een debat in de raad te voeren over de richting van het cultuurbeleid, de bezuinigingen, en of de ambitie van het college om culturele hoofdstad van Europa te worden nog wel geloofwaardig is.

Update: De vragen zijn beantwoord

Update: Dankzij een amendement van de HSP tijdens de begrotingsbehandeling is Kosmopolis gered. Met een nipte meerderheid (23 – 22) werd het amendement aangenomen.

 

Gemeente Den Haag
BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN
van de raadsleden mevrouw C.H.C. Bogers en de heer G.H.M. Wijsmuller

Den Haag, 24 augustus 2010
Inzake: Stopzetting subsidie aan Kosmopolis

De raadsleden mevrouw C.H.C. Bogers en de heer G.H.M. Wijsmuller hebben op 29 juli 2010 een brief met daarin acht vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht. Ingevolge het bepaalde in artikel 38, van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, antwoorden wij als volgt.

1. Klopt het dat het college heeft besloten om de exploitatiesubsidie van Kosmopolis te beëindigen? Zo ja, waarom is de gemeenteraad hierover niet in kennis gesteld?

Ja. De toekenning van subsidies aan instellingen is een collegebevoegdheid. De stopzetting van de subsidie aan Kosmopolis Den Haag valt binnen de kaders van het Meerjarenbeleidsplan Kunst en Cultuur 2009-2012 ‘Wonderlijke noodzaak’ (Kunstenplan). Om deze reden zag het college zich niet genoodzaakt de raad hierover apart te informeren.

2. Heeft het college ook besloten dan wel overwogen om exploitatiesubsidies van andere culturele instellingen te stoppen? Zo ja, van welke instellingen?

Ja. De subsidies aan het De la Mar Poppentheater en het Wijkpoppentheater Koos & Kleppie worden met ingang van 1 januari 2011 stopgezet. Deze instellingen zijn weliswaar niet opgenomen in het Kunstenplan, maar hebben meerdere jaren incidentele subsidie ontvangen, de laatste jaren uit de middelen voor Wijkcultuur.

3. Is het college met ons van mening dat besluiten m.b.t. culturele subsidies niet aan politieke willekeur onderhevig dienen te zijn, maar gebaseerd moeten zijn op een beoordeling door een onafhankelijke commissie? Zo nee, waarom niet?

Ja.

4. Op basis waarvan heeft het college het besluit genomen om deze exploitatiesubsidie(s) te stoppen, en andere exploitatiesubsidies niet? Kan het college de volledige onderbouwing van dit besluit aan de raad doen toekomen?

De subsidie aan Kosmopolis wordt gestopt omdat grote onduidelijkheid bestaat over de financiering van Kosmopolis Den Haag door het rijk. Eind 2009 heeft het rijk besloten om de middelen voor Kosmopolis onder te brengen bij het Fonds voor Cultuurparticipatie. Voor 2010 waren de middelen voor de Kosmopolis-instellingen van Den Haag, Rotterdam en Utrecht nog geoormerkt. Voor de komende jaren heeft het fonds het voornemen om met deze middelen een regeling voor talentontwikkeling op te tuigen, waarvoor culturele en/of educatieve instellingen uit het hele land voorstellen mogen indienen. De financiering door het rijk van de stedelijke Kosmopolis-instellingen is derhalve niet langer gegarandeerd. Samen met Rotterdam en Utrecht heeft Den Haag hier recent bezwaar tegen aangetekend bij het fonds, aangezien een in onze ogen positieve ontwikkeling hiermee een voortijdig einde zou krijgen. In het Kunstenplan is de gemeentelijke subsidiëring uitdrukkelijk
afhankelijk gemaakt van de medefinanciering door het rijk. Nu deze medefinanciering uiterst onzeker is geworden en de gemeentelijke begroting ook geen ruimte biedt om de wegvallende matching door het rijk op te vangen, valt stopzetting van de gemeentelijke subsidie per 1 januari 2011 binnen de kaders van het Kunstenplan. Om het bestuur van Kosmopolis Den Haag in de gelegenheid te stellen om tijdig de noodzakelijke maatregelen te treffen, zag het college zich genoodzaakt om hiervan zo snel mogelijk mededeling te doen. Op 30 oktober 2008 heeft de gemeenteraad het Kunstenplan 2009-2012 vastgesteld met onder meer het besluit om Kosmopolis voor 2009 een exploitatiesubsidie toe te kennen gekoppeld aan rijksfinanciering, en op basis van een evaluatie door de Raad voor Cultuur met een voorstel voor verdere financiering te komen. Medio 2009 kwam de Raad voor Cultuur met de evaluatie van Kosmopolis met daarin onder meer het volgende advies: ‘De Raad is van mening dat de Kosmopolis-instellingen in Den Haag, Rotterdam en Utrecht met grote inzet en met groeiend succes gepoogd hebben deze doelstelling te verwezenlijken. Zij hebben, mede door hun worteling in de lokale gemeenschappen, door hun culturele netwerken en internationale contacten bestaansrecht opgebouwd. Derhalve adviseert de Raad dat voor deze lokale instellingen tot het einde van de huidige subsidieplanperiode (2009-2012) rijksondersteuning gegarandeerd blijft.’

5. Kan het college bevestigen dat het besluit om de exploitatiesubsidie te stoppen niet in lijn is met het positieve advies van de Raad voor Cultuur, en derhalve afwijkt van het Kunstenplan 2009 – 2012? Zo nee, waarom niet?

Het college is bekend met het positieve advies van de Raad voor Cultuur. Dit advies was echter gericht aan de Minister van Cultuur. Voor hem was dit evenwel geen aanleiding om de drie stedelijke Kosmopolis-instellingen een meerjarig perspectief te geven op financiering. De minister heeft de middelen ondergebracht bij het Fonds voor Cultuurparticipatie, dat met ingang van 2011 zelf afwegingen kan maken bij de besteding. Zie verder de beantwoording van vraag 4.

6. Kan het college bevestigen dat de vaststelling van het Kunstenplan een bevoegdheid van de raad is, en niet van het college? Zo nee, waarom niet?

Ja. Instellingen krijgen door opname in het Kunstenplan een meerjarig subsidieperspectief. Het vaststellen van een meerjarig subsidieperspectief is ingevolge artikel 10 van het Uitvoeringsvoorschrift subsidies OCW een bevoegdheid van uw raad. Dit vanwege de claim die meerjarige subsidies leggen op toekomstige begrotingen. Dit neemt niet weg dat de bevoegdheid om subsidiebesluiten te nemen ingevolge artikel 2 van de Haagse Kaderverordening Subsidieverstrekking (HKS) bij het college ligt en niet bij de raad.

7. Waarom heeft het college niet eerst aan de raad een voorstel voorgelegd om de exploitatiesubsidie te beëindigen?

Uit de beantwoording van vraag 6 kunt u opmaken dat de stopzetting van de subsidie aan Kosmopolis een collegebevoegdheid is. Een raadsvoorstel was daarom niet aan de orde, ook omdat het besluit om de subsidie aan Kosmopolis te beëindigen niet in strijd is met het Kunstenplan.

8. Is het college bereid om alle besluiten m.b.t. wijzigingen van het door de raad vastgestelde Kunstenplan op te schorten totdat de raad hierover, op basis van onafhankelijke adviezen, heeft besloten? Zo nee, waarom niet?

Nee, het is een collegebevoegdheid om individuele subsidiebesluiten te nemen. Op dit moment vindt een tussentijdse evaluatie van het Kunstenplan plaats door een adviescommissie onder leiding van de heer R. Knoop. Voor een aantal instellingen kan dit gevolgen hebben voor het al dan niet continueren van de subsidies voor 2011 en 2012. Het advies en het op basis daarvan genomen collegebesluit zullen voor de begrotingsbehandeling met de raad worden besproken.

Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,
mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen