Spuiforum

Champagnebalkon aan het Spui

De Haagse gemeenteraad moet op 1 november een besluit nemen over de plannen voor een cultuurpaleis op het Spuiplein van minimaal 181 miljoen euro. Joris Wijsmuller belicht het speculatieve karakter.

 

Champagnebalkon aan ’t Spui
(Den Haag Centraal, 11 okt 2012)

Door Joris Wijsmuller

Het plan voor een cultuurforum van 181 miljoen euro roept veel discussie op en is in deze krant al grondig gefileerd: Peter Drijver hekelt het idee van een cultuurwarenhuis dat zich voor de omgeving manifesteert als een bulldozer, Elaine de Boer vindt het onbegrijpelijk dat tientallen miljoenen voor een muziektempel worden uitgetrokken terwijl tegelijkertijd de muziekschool wordt wegbezuinigd, en Joop ten Velden waarschuwt voor architectonische en financiële teleurstellingen. Waarom wil het college dit omstreden plan zo graag doorzetten? De lonkende vooruitzichten onder de loep.

Vraag: Wat is de meerwaarde van het licht wegnemende balkon boven de entree? Antwoord: Het balkon is een publieke buitenruimte die grenst aan de foyer van de grote danszaal, en kan gebruikt worden als ‘champagnebalkon’, als plaats voor feestelijke bijeenkomsten in de open lucht of als deel van evenementen op het Spuiplein.

Dit is het antwoord van de wethouders Norder en De Jong op één van de vele vragen over het onbegrepen Spuiforum. Het ‘champagnebalkon’ is illustratief voor het grenzeloze optimisme van het college over de impact van het Spuiforum. Ze willen doen geloven dat één enkel iconisch gebouw Den Haag cultureel op de kaart zet, leidt tot versterking van de quality of life, versterking van het internationale profiel van Den Haag, stedelijke ontwikkeling en nieuwe marktinvesteringen zal aanjagen, de vastgoedprijzen zal doen stijgen, de trend van dalende bezoekersaantallen doet keren en zelfs verdubbelen, en bezoekers meer geld in de binnenstad doet besteden. Den Haag krijgt kortom door één nieuw gebouw een geweldige economische impuls, zo is de boodschap.

Voorbereidingskosten
Het lijkt allemaal te mooi om waar te zijn. Om dit aanlokkelijke perspectief te verkopen heeft het college een dikke stapel rapporten van 12 adviesbureaus aan de gemeenteraad overlegd. Samen met de dure architectenselectie is aan voorbereidingskosten al 2,5 miljoen euro uitgegeven. Voor een eenvoudig raadslid is het lastig om al deze ingekochte deskundigheid, en de mist die hiermee wordt veroorzaakt, goed te doorgronden, maar een nuchtere kijk doet de schellen van je ogen vallen. Iedereen begrijpt namelijk dat Den Haag zich niet moet spiegelen met Reykjavik, Melbourne, Berlijn, Singapore of Dublin, zoals de’ Benchmark Spuiplein’ wel doet. Een reëler vergelijk vind je dichter bij huis in Utrecht – de bouw van het Muziekpaleis Vredenburg – waar het geraamde budget nu al met 40 % is overschreden, en ze zijn daar nog lang niet klaar. Niemand veronderstelt in deze tijd van economische crisis dat mensen vaker naar een voorstelling gaan, meer geld uitgeven en het vastgoed in waarde toeneemt. Toch gaan adviesbureaus hier wel vanuit, en rekenen ze er op dat een nieuw Spuiforum per jaar 150.000 bezoekers meer aantrekt, en deze bezoekers per keer 44 euro meer aan bestedingen in het centrum zullen uitgeven, zonder dat elders in de stad minder wordt uitgegeven en zonder dat dit ten koste gaat van programmering in andere zalen. Op de vraag of rekening is gehouden met het kannibalisatie-effect op andere locaties, is het antwoord van het college dat er geen marktonderzoek is gedaan maar alleen is gekeken naar de netto maatschappelijke en economische effecten van het plan. Dit is wat je noemt tunnelvisie. Bovendien wordt in de plannen nergens rekening gehouden met het risico voor de culturele instellingen aan het Spui die gedurende de sloop en bouw van tenminste 4 jaar op tijdelijke locaties zijn aangewezen. Evenmin wordt rekening gehouden met de impact van de forse bezuinigingen op cultuur. Kennelijk zijn culturele instellingen flexibel als Barbapapa en in staat om met minder subsidie meer voorstellingen met gemiddeld meer bezoekers per voorstelling te realiseren. De instellingen zelf, die hun lot in handen van de gemeente weten, onderschrijven deze ambitie, maar hebben dit in hun rijke verleden nog nooit kunnen bewijzen. Voor alle groeiverwachtingen, waarvoor cultuur de basis vormt, ontbreekt kortom een reële, evenwichtige onderbouwing.

Sterfhuisconstructie
Een nog onderbelicht vooruitzicht is dat van het Residentie Orkest (RO). In het aangepaste plan voor het Spuiforum krijgt het RO namelijk geen eigen zaal meer, maar is het orkest aangewezen op een kapelvormige multifunctionele concertzaal met glazen dak, akoestisch zo’n beetje het slechtste uitgangspunt wat je maar bedenken kan. De ingang van deze zaal bevindt zich op 3 6 meter hoogte, niet echt een toegankelijk perspectief voor het gemiddeld oudere publiek. Belangrijker nog is dat het RO niet de hoofdbespeler wordt van deze zaal; ruim driekwart van de geschatte bezoekers van deze zaal komt van andere, commerciële concerten en activiteiten. VHistoire se répète: vanaf 1968 bespeelde het RO de Prins Willem Alexander-zaal in het Congresgebouw, een multifunctionele zaal met dientengevolge een slechte akoestiek. Dit vormde de aanleiding voor de bouw van een nieuwe zaal in 1983, de Dr Anton Philipszaal, die dus nu weer moet worden gesloopt. Het lijkt wel een spelletje ganzenbord: terug naar af. Voeg daarbij de veel hogere huisvestingslasten in het Spuiforum tegenover de forse bezuinigingen door Rijk en gemeente en de dramatische teruggang van de orkestformatie (van 104 fte naar 60 fte in nog geen 10 jaar tijd), en duidelijk wordt dat één van de vier peilers voor het Spuiforum dreigt om te vallen. Voor het Residentie Orkest kan in het nieuwe Spuiforum de champagne wel eens heel erg zuur gaan smaken.

Joris Wijsmuller is fractievoorzitter van de Haagse Stadspartij

Paradepaard met wrange bijsmaak
Onenigheid over bouw Spuiforum in Den Haag
(de Volkskrant, 12 okt 2012)

Terwijl Den Haag fors bezuinigt op cultuur, heeft de stad wel geld
gevonden voor het Spuiforum. Het ‘icoon’ voor het Nederlands Dans Theater,
het Residentie Orkest en het Koninklijk Conservatorium is omstreden. ‘Dit
project wordt een teleurstelling. Alles wijst erop.’ Door Bart Dirks

Over één ding zijn vriend en vijand het eens: het Haagse Spuiplein heeft
op het eerste gezicht weinig allure en op het tweede gezicht nog wat
minder. Het is winderig en doods, op een koopje aangelegd, slecht
onderhouden. De computergestuurde fontein van beeldend kunstenaar Peter
Struycken doet het meestal niet en de kleurige lichtjes zijn al jaren
kapot.

Achter de gevels van de Dr. Anton Philipszaal (1.890 stoelen) en het
Lucent Danstheater (1.001 stoelen) lekt het dak, hapert de riolering en is
de gemeenschappelijke foyer te krap. Maar het plan om de twee aan elkaar
geplakte gebouwen al na 25 jaar te slopen, doet bij menigeen de
wenkbrauwen fronsen.

‘De Nieuwe Kerk aan de overkant dateert van 1650. Bouwen we tegenwoordig
zo veel slechter?’ vraagt architect en voormalig PvdA-raadslid Joop ten
Velden zich af. ‘Dit project wordt een teleurstelling. Alles wijst erop.’

Spuiforum, zo heet het paradepaardje van het stadsbestuur. Het Nederlands
Dans Theater, het Residentie Orkest én het Koninklijk Conservatorium
vinden er onderdak. Het gebouw van 60 meter hoog is aangekondigd als een
Haags icoon met een programmering ‘van Bach tot Borsato en van Blaudzun
tot Bollywood’. De gemeenteraad moet er begin november over beslissen en
debatteert er 18 oktober over. Het besluit ligt gevoelig: bij de
gemeenteraadsverkiezingen in 2010 was het plan een heet hangijzer, in 2014
mogelijk weer.

De opening is voorzien voor 2018, niet toevallig het jaar dat Den Haag
culturele hoofdstad van Europa hoopt te zijn.

Intussen snijdt geen andere stad zo fors in kunst en cultuur: het budget
slinkt van 63 miljoen euro (2009-2012) naar 49 miljoen (2013-2016). Zo
wordt de subsidie van het Museon met 1 miljoen euro gekort, moet het
Residentie Orkest terug van negentig naar zeventig musici en is het einde
oefening voor het Koorenhuis (cultuureducatie) en Culturalis
(amateurkunsten).

‘De humuslaag van de Haagse cultuur verdwijnt. En wat krijgen we ervoor
terug? Een opgefluft theatergebouw’, verzucht directeur Caroline Wiedenhof
van het Koorenhuis. Het kunstencentrum gaf in 2011 les aan 84.601
Hagenaars. Ze vroeg 20 procent minder subsidie aan dan in de vorige
periode, maar kreeg helemaal niets meer.

En dus werkt Wiedenhof nu aan een sociaal plan voor haar mensen, onder wie
een kleine negentig docenten. ‘Prima om het conservatorium een nieuwe
huisvesting te geven. Maar het talent moet wel ergens vandaan komen. Nu al
zitten er ontzettend veel buitenlandse studenten op het conservatorium.’

‘Het Spuiplein met z’n doodskisten is verschrikkelijk, het heeft zichzelf
op alle fronten overleefd’, erkent Wim van Stam. Per 1 januari valt het
doek voor het theater waarvan hij directeur is: De Regentes, gevestigd in
een voormalig art-decozwembad. ‘Ik ben erg voor grote ambities, maar
koester in godsnaam óók wat je hebt. Het Spuiforum wordt gefinancierd uit
een ander potje, zegt het stadhuis. Maar dat is gelul. Pardon: een
politieke keuze.’

Die politieke keuze werd in 2010 nog uitgesteld. In dat jaar kostte het
Spuiforum, ontworpen door het Rotterdamse bureau Neutelings Riedijk, nog
260 miljoen euro. Het was te groot, te kostbaar en te ingewikkeld. Nu het
plan weer uit de ijskast is gehaald, kan het ook voor 181 miljoen euro: er
komt een zaal minder en het gebouw wordt geen 66 maar 60 meter hoog.

Bordkarton

‘Al in mijn eerste werkweek kreeg ik een nieuw theatercomplex cadeau’,
lacht Henk Scholten, sinds 1 september directeur van het Lucent
Danstheater en de Dr. Anton Philipszaal. ‘Het Spuiforum moet het beste van
het Concertgebouw, het Muziektheater en Carré in zich verenigen. Dit wordt
geen elitaire cultuurtempel voor de happy few en de heavy users.’ Ondanks
zijn enthousiasme begrijpt hij de wrange bijsmaak. ‘Ik kom net terug van
een club die slachtoffer is van de bezuinigingen. Dat is zwaar en
pijnlijk. Maar het doet niks af aan het belang om te investeren in een
goede culturele infrastructuur.’

Wat er aan schort, laat hij zien tijdens een
kruip-door-sluip-door-rondleiding (‘ik verdwaal nog steeds’). Instrumenten
en kostuums staan tussen de archiefdozen, de solistenkamer waar violiste
Janine Jansen zich een week geleden prepareerde op haar concert is een
veredelde bezemkast waar je met je handen het plafond kan aanraken. Als op
13 november Guus Meeuwis in de Anton Philipszaal optreedt, moet er een
kabel met krachtstroom vanuit het Danstheater komen. ‘Of we moeten buiten
een generator zetten.’

Sloop na 25 jaar vindt Scholten dan ook te rechtvaardigen: ‘Renovatie kost
vele tientallen miljoenen en daarna zingen we het hoogstens een jaar of
twintig uit. Deze gebouwen zijn met minimale middelen neergezet, met
bordkarton en gipswandjes. Het was de ambitie van het orkest en het
dansgezelschap, de gemeente zat voor een dubbeltje op de eerste rij.
Destijds is al gezegd: dit is niet voor de eeuwigheid.’

Elders in de stad klinkt gemor. Alle wethouders willen een monumentje
achterlaten, zodat ze later kunnen zeggen: dit heeft opa gebouwd. ‘Het is
iets des bestuurders’, veronderstelt directeur Wiedenhof van het
Koorenhuis. ‘Wat wij doen, heeft geen allure voor ze. Ik heb een diep
verlangen ontwikkeld naar goed bestuur. Begin bij het waarom. Marktwerking
is geen doel, maar een middel. Een gebouw idem dito.’

Dat vindt ook architect Joop ten Velden, PvdA-raadslid van 1974 tot 1982.
‘Lees het raadsvoorstel maar eens goed. Het ademt de sfeer: we moeten en
zullen een gebouw, koste wat het kost, alles moet ervoor wijken. Er is
enorm geknepen, per saldo gaan het danstheater, het orkest en het
conservatorium erop achteruit. De artist’s impressions geven een vals
beeld. Ze wijken op cruciale punten af van de werkelijke bouwtekeningen.
Maar als je daar op wijst, worden de voorstanders boos.’

Bij stadsontwikkeling ligt zijn hart Ten Velden heeft originele
Spuiplannen van Wim Quist, Carel Weeber en Herman Hertzberger op tafel
liggen. ‘Een ontwerp moet goed voelen, het moet kloppen in de stad, zoals
toen Richard Meier het Haagse stadhuis bouwde. Maar wat gebeurt er
tegenwoordig? Ze hebben de Zwarte Madonna gesloopt voor twee nieuwe
ministeries. Hoe durft zo’n PvdA-wethouder zo’n prachtig
volkshuisvestingscomplex neer te halen? ‘

De binnenkort leegstaande ministeries van Binnenlandse Zaken en van
Justitie, pal achter het Spuiplein, bieden wel een kans, zegt Ten Velden.
‘De gemeente zoekt nog naar een bestemming. Zet het Conservatorium in die
ministeries, daar is 100 duizend vierkante meter, maak daar iets moois
van. Dan heb je nog steeds veel geld over om de theaters op te knappen én
een geweldig Spuiplein te maken.’

Bijval

Toch is er ook bijval voor het Spuiforum. Het Conservatorium, het
Nederlands Dans Theater en het Residentie Orkest verheugen zich en rekenen
op kruisbestuiving. De Stichting Binnenstad is laaiend enthousiast, zo
hebben ze aan de wethouders geschreven. ‘Groot compliment dat u in deze
tijden een financieel haalbaar plan met zo’n visie en ambitie durft neer
te zetten’, schrijft de club van onder meer Kamer van Koophandel,
winkeliers en horeca. ‘Dit nieuwe gebouw zal een belangrijke mate
bijdragen aan de ambitie om in 2018 culturele hoofdstad van Europa te
worden.’

Kan het Spuiforum op tijd klaar zijn? De sloop kan pas beginnen in de
zomer van 2014. Architect Ten Velden durft er vergif op in te nemen dat de
planning te krap is. ‘Dat kun je vergeten.’ Ook theaterdirecteur Scholten
is nuchter: ‘Een bouwput zal het niet meer zijn, misschien wel een gebouw
dat nog in de steigers staat. Maar je kunt best culturele hoofdstad zijn
met een locatie die nog niet klaar is.’

Aus Greidanus worstelt intussen met de samenloop van omstandigheden. Als
artistiek leider van Toneelgroep De Appel vecht ook hij voor zijn
voortbestaan. De gemeentelijke subsidie werd weliswaar toegekend, maar het
Rijk is afgehaakt. ‘Dat betekent mogelijk het einde’, zegt de man die nu
speelt in de theatermarathon Herakles.

Hij weet dus hoe andere getroffen Haagse culturele instellingen zich
voelen. Maar als artistiek leider van Den Haag culturele hoofdstad is
Greidanus een warm voorstander van het Spuiforum. ‘Je kunt de ene
bezuiniging niet met de andere investering vergelijken. Het is niet zo dat
er alsnog meer geld naar de cultuursector gaat indien het Spuiforum wordt
afgeblazen.’

‘Stad zonder muren’ is het motto van Den Haag 2018. Maar de muren van het
Spuiforum hoeven wat Greidanus niet per se over zes jaar te zijn
opgeleverd. ‘In het bidbook waarin we eind oktober onze kandidatuur als
culturele hoofdstad presenteren, is het Spuiforum geen hoofdpunt. We
hebben ons lot er niet aan verbonden.’

Van plan tot opening

1980 Plannen voor een gebouw voor het Nederlands Dans Theater, als
uitbreiding van het Circustheater in Scheveningen. Eerste grote ontwerp
van Rem Koolhaas.

1984 Den Haag wil danstheater in de binnenstad. Residentie Orkest wordt
buurman.

1987 Opening Dr. Anton Philipszaal en Lucent Danstheater (een jaar na de
Stopera in Amsterdam).

2010 Stadsbestuur wil Spuiforum, maar het plan is te duur (260 miljoen euro).

September 2012 Aangepast plan voor het Spuiforum (181 miljoen euro).

6 oktober 2012 Nederlands Dans Theater en Residentie Orkest vieren ’25
jaar buren’.

1 november 2012 Gemeenteraad neemt besluit over Spuiforum.

Najaar 2013 Jury kiest Europese culturele hoofdstad 2018.

Zomer 2014 Beoogde aanvang sloop en nieuwbouw.

2018 Beoogde opening Spuiforum, Den Haag mogelijk culturele hoofdstad.

Spuiforum wordt een teleurstelling
(Den Haag Centraal, 4 okt 2012)

Door Joop ten Velden

De Haagse gemeenteraad ontving van burgemeester en wethouders een
ingrijpend voorstel: we gaan de Dr Anton Philipszaal slopen en ook de
zaal van het Nederlands Dans Theater. We kopen het
gebouw van het Koninklijk Conservatorium en dat maken we leeg, we slopen een
stuk van het hotel Mercure en we slopen een restaurant aan het Spui. Dan
bouwen we tegenover de Nieuwe Kerk een groot gebouw met drie zalen op
elkaar gestapeld; totale hoogte meer dan 60 meter en we noemen het
Spuiforum. Het college verwacht dat de gemeenteraad op 1 november in één
klap toestemming geeft voor het maken van een voorlopig ontwerp, een
definitief ontwerp, een bestek, de aanbesteding van de bouw en de
wijziging van een bestemmingsplan. Vooruitlopend op het maken van een
voorlopig ontwerp moet de gemeenteraad alvast een investering van ruim
180 miljoen euro goedkeuren. Ik vraag me af: “Is er niets meer heilig?”. Ik erger me aan het gemak waarmee ons gemeentebestuur goede gebouwen
sloopt. Na de goede woningen aan het De Constant Rebecqueplein en de
Dedelstraat en na de Zwarte Madonna, prima betaalbare volkswoningen in
het hartje van de stad, worden nu maar liefst drie jonge cultuurgebouwen
rijp voor de sloop verklaard. Het staat er zo makkelijk: ‘De gebouwen
zijn dringend aan vervanging toe’. Wie zegt dat? Het Danstheater en de
Philipszaal zijn amper 25 jaar oud, de eerste paal voor het
conservatorium ging in 1976 de grond in. De Nieuwe Kerk aan de overkant
is van 1650. Bouwen we tegenwoordig zo veel slechter? Het Danstheater is
door Rem Koolhaas, samen met Carel Birnie, de toenmalige directeur van
het Nederlands Dans Theater, met te weinig geld maar met heel veel
liefde en vakmanschap ontworpen en gebouwd. Het was het eerste openbare
gebouw van de nu internationaal gevierde Koolhaas voor een functie die
hem op het lijf geschreven was. En omgekeerd. Dat moeten we koesteren,
niet slopen. Over de computergestuurde veelkleurige fontein van
wereldberoemde kunstenaar Peter Struycken op het Spuiplein, nu al zwaar
verwaarloosd en verminkt, wordt met geen woord gerept. Hoe kan Den Haag
met deze mentaliteit en dit gebrek aan cultureel gevoel ambiëren om ooit
een culturele stad van betekenis te worden? Dit bouwproject wordt een
teleurstelling. Alles wijst erop.

De presentatie:
Het ronkend taalgebruik in het raadsvoorstel maakt wantrouwig: ‘Het
volgende is bereikt: het uitgangspunt dat het gebouw en omgeving er is
voor alle Hagenaars!’ Wat is dat voor onzin? Het huidige slechte
verblijfsklimaat op het Spui illustreert het college met een foto van
een fietser die in de regen tegen de wind in trapt. Is dit een serieuze
manier om de noodzaak van een miljoenenproject en een gigantische
kapitaal- en materiaalvemietiging te onderbouwen?

Het referentieproject:
Architectenbureau Neutelings Riedijk heeft het ontwerp gemaakt en gaat
de bouwplannen verder uitwerken. Als referentie geldt het Museum Aan de
Stroom (MAS) in Antwerpen. Ga er kijken: het kostbare gewelfde glas van
het museum is gebarsten of gebroken, de terrastegels zijn verzakt of
verdwenen, volgens een Vlaams gemeenteraadslid verkeert het gebouw na
anderhalf jaar reeds in een ronduit gebrekkige toestand.

Het ontwerp:
Op basis van een schetsontwerp ontving de gemeenteraad een set
tekeningen: plattegronden, gedetailleerd tot en met de draairichtingen
van de deuren, doorsneden en enkele artist/s impressions. Er zijn geen
geveltekeningen. Die waren blijkbaar niet nodig om de bouwkosten te
ramen. Ten opzichte van een eerder ontwerp is het gebouw op de
plattegrond een kwartslag gedraaid. Je vraagt je af hoe dat kan: een
goed ontwerp is zorgvuldig afgestemd op zijn omgeving: de bezonning, het
uitzicht, het aanzicht, de bereikbaarheid, de looplijnen, de
architectuur van de omgeving en zo meer. Dat kun je niet even een
kwartslag draaien. Stel je voor: het Gemeentemuseum een kwartslag
draaien, of de Bijenkorf. Dat zegt veel over de kwaliteit van het vorige
ontwWie de moeite neemt om de tekeningen wat beter te bestuderen doet
verrassende ontdekkingen. Er klopt niets van, er wordt de gemeenteraad
een vals beeld voorgespiegeld: op de begane grond wordt als ‘zicht vanaf
het Spui’ een grote, open entreehal getoond. Een royale open ruimte. Het
plein aan het Spui loopt als het ware door tot diep in het nieuwe
gebouw. Onder de luifel lijkt een vrije hoogte van minstens zesmaal
manshoog gemaakt tè worden. De plattegronden en de doorsneden vertellen
een ander verhaal: de entreegevel is compleet gesloten met 56 deuren
waarachter zich onder meer – juist op beide hoeken – twee cafés en
verder drie tochthallen bevinden. De onderkant van de luifel komt niet
hoger dan zo’n drieënhalve meter boven de straat, daar kan nog geen
vrachtwagen onderdoor. De gevels worden voorgesteld als een elegante
voile rondom het totale bouwwerk. Maar de plattegronden tonen op vijf
verdiepingen, van 4,80 tot 30 meter hoogte, grote rechthoekige ruimten
die in drie richtingen tot een meter of acht door de voile heensteken:
tonelen, studio’s en oefenruimten. Voor de Turfmarkt levert dat een
vieze plek op die het uitzicht, zoals bijvoorbeeld de afbeelding Zicht
vanaf de Turfmarkt voorstelt, aanzienlijk zal blokkeren.

Aankopen:
De gemeente is optimistisch over de vrijwillige aankoop van de trappen
van hotel Mercure en van het restaurant aan het Spui. Dat kan een drama
worden. Ik denk aan de Sociëteit Westwood. Deze had zich ooit
geïnstalleerd in een oude kantine van het Milvakamp aan de Duinlaan
maar moest weg voor woningbouw. Nu – dank zij de gemeente – is hij in
nieuwbouw aan de Laan van Poot gevestigd. Denk ook aan de oude
meubelwinkel van Hulshoff, onmisbaar om het nieuwe stadhuis te kunnen
bouwen. De verwerving en de aanpassing van de bouw heeft de gemeente
goud gekost en heeft ook gigantische vertraging opgeleverd. Het is de
vraag of er al overeenstemming is over de verwerving van het
conservatoriumgebouw aan de Juliana van Stolberglaan. Wat moet de
gemeente met dat gebouw als het leeg is? Nog een leegstaand gebouw op de
markt erbij. Mijn verwachting: de onnodige realisatie van Spuiforum Den
Haag gaat langer duren, gaat veel meer kosten en zal qua exploitatie
grotere verliezen opleveren dan nu wordt voorgesteld. En dat zal gaan
ten koste van het overige culturele leven in onze stad. Wat mij betreft
besteedt de gemeente zijn geld aan bestaande culturele instellingen en
gebouwen in plaats van aan de kick van lekker nieuw bouwen.

Joop ten Velden is architect en voormalig gemeenteraadslid voor de PvdA

Den Haag wil muziektempel, maar sluit haar kraamkamer (Den Haag Centraal, 28 sep 2012)

Door Elaine de Boer

Tientallen miljoenen voor een nieuw gebouw: Het Spuiforum, voor
Residentieorkest, conservatorium en Danstheater, maar geen geld meer
voor de kraamkamer van het muzikaal jeugdtalent in Den Haag, het
Koorenhuis aan de Grote Marktstraat. Voor leerlingen van de
muziekdocenten, hun ouders, de docenten zelf, de talloze
amateurorkesten, de scholen, het conservatorium en andere steden is het
niet meer te begrijpen. Het Haagse gemeentebestuur is van plan de
subsidie voor het Koorenhuis per 1 januari 2013 te korten van 6,3 min
naar 2,7 min euro per jaar voor kunst- en muziekonderwijs. Daardoor kan
de bloeiende muziekafdeling van het Koorenhuis niet voortbestaan.
Muziekdocenten moeten hun leerlingen vertellen dat zij tot de
kerstvakantie hun lessen kunnen volgen, maar dat het daarna onzeker is.
De leraren is meegedeeld dat hun ‘school’ een expertisecentrum wordt,
een netwerkorganisatie, waar zij straks wellicht als zzp’ers een kamer
kunnen huren om hun lessen te geven.
Tegelijkertijd juicht Sander Dekker, wethouder van Financiën vorige
week in Den Haag Centraal dat er al 30,1 min euro is gereserveerd voor
het nieuwe Spuiforum dat op de plaats van de Dr Anton Philipszaal, het
Danstheater en het hotel ernaast moet verrijzen.
Als ouder van een pianoleerling, die 8 jaar geleden als dreumes het
Koorenhuis binnenstapte om met andere 6-jarigen de groepslessen Muziek
en bewegen te volgen en op dit moment gedreven pianolessen volgt, kan ik
de keuzes die het gemeentebestuur maakt niet begrijpen.
Hoe kun je besluiten de ‘muziekschool’ van je stad om zeep te helpen,
maar wel immense bedragen – waarvan we ook nog allemaal kunnen
voorspellen dat die nog veel hoger zullen uitkomen – gaat investeren in
nieuwe theaters waarvan je je kunt afvragen of die nodig zijn? Elke
zichzelf respecterende stad, of je het nu hebt over Utrecht, Rotterdam,
Roosendaal of Soest, heeft een gemeentelijke muziekschool, waar de
kinderen van die stad hun muzikale talent kunnen ontwikkelen en les
krijgen van professionals. Als je dan het één doet en je vindt dat je
met het nieuwe Spuiforum moet meedingen in de strijd om Culturele
hoofdstad te worden, doe dan op zijn minst ook het ander: het behouden
van het muziekonderwijs voor jonge kinderen en jongeren.

Amateurs
Beseffen de wethouders Sander Dekker van Financiën, Marjolein de Jong
van Cultuur maar ook de anderen dat vele muzikanten die spelen in de
talloze Haage amateurorkesten en koren van niveau, de bands, zangers en
zangeressen die Den Haag heeft voortgebracht, de leerlingen op de
conservatoria, musici in orkesten in Nederland ooit zijn begonnen met
muzieklessen in het Koorenhuis. Beseffen zij dat je met wat extra
muziekonderwijs op de basisscholen echt geen viool, klarinet of gitaar
leert spelen. Heeft het gemeentebestuur door dat zij met haar keuze voor
deze bezuiniging deze kraamkamer van Den Haag sluit? Beseft het
gemeentebestuur wat dat betekent? Ik kan het de wethouders vertellen:
– Geen muzieklessen meer voor kinderen die wel muzikaal zijn, maar die
ouders hebben met een lager of midden- inkomen. In het Koorenhuis kunnen
kinderen immers, welk inkomen hun ouders ook verdienen, muziekles
krijgen. De lesgelden zijn inkomensafhankelijk. Dat is straks voorbij.
– Geen muzieklessen van professionals die zijn opgeleid op één van de
conservatoria. Ouders komen terecht bij goedwillende amateurs, kinderen
leren verkeerde technieken die later niet te corrigeren zijn.
– Geen groepslessen, waarin hele jonge kinderen kennismaken met muziek
en instrumenten, waar ze ritmes leren en noten lezen, waarna ze het
instrument kiezen waarop ze verder willen.
– Geen lessen met meer instrumenten, waar kinderen en jongeren leren
samenspelen, de opmaat naar ensembles, jeugdorkesten en bands.
– Geen docenten, die inspiratie vinden bij elkaar, een team vormen en
optredens en evenementen organiseren met hun leerlingen.
– Geen plek waar het bruist van muzikale activiteiten, die een
onweerstaanbare aantrekkingskracht heeft op muzikaal talent dat een
instrument wil leren spelen.

Als wethouder Sander Dekker zegt dat de gemeente ernaar streeft’
burgers en bedrijven zoveel mogelijk te ontzien’ met de bezuinigingen,
dan spreekt hij niet de waarheid. Hij treft ze wel en ook heel gericht:
de jonge kinderen en de tieners in de stad die een instrument willen
leren spelen, overigens ook degenen die regelmatig op hun fietsje naar
de buurtbibliotheek gaan (ook die zal sluiten). Nee, ADO Den Haag en
daarmee voetbalminnend Den Haag wordt inderdaad niet ontzien: voor
tientallen miljoenen heeft de gemeente Den Haag geïnvesteerd in het
stadion, in de skyboxen omdat de begroting een groot gat vertoonde.
Daarbij is de bijdrage voor het Koorenhuis toch peanuts.

Gratis
Trots kondigt de gemeente Den Haag op haar website steeds de talloze
muziekactiviteiten in de stad aan onder de koppen: Den Haag Popstad, Den
Haag Jazzt, Den Haag Klassiek: op dit moment zijn dat de opname van een
nieuw Haags lied: Heel Den Haag vliegt uit!, het prinses Christina
Concours, de gratis lunchconcerten in Haagse kerken, zalen en
bibliotheken. Haags gemeentebestuur, realiseert u zich waar dit alles
begint!
Als ouder van een leerling, oud-leerling, en inwoner van deze stad roep
ik jullie wethouders daarom op: behoud het muziekonderwijs in deze stad
voor iedereen! Geef de andere creatieve vakken dan op een andere manier,
maar vorm de muziekafdeling van het huidige Koorenhuis om tot een gewone
‘muziekschool’, met een kleine staf die de docenten ondersteunt met
administratief werk, waarin muziekdocenten van het Koorenhuis onder de
bestaande voorwaarden hun lessen kunnen geven en wees er trots op! Met
de korting van die enkele miljoenen per jaar jullie doe je staden je
kinderen tekort.

Elaine de Boer is journalist, een betrokken inwoonster van Den Haag,
oud-leerling en ouder van een leerling van het Koorenhuis.

Reacties:

1. Op 2012-10-19 16:40:29 schreef Linda van Twist:

Het gebouw lijkt op de Ark van Noach, of de Ark der Kunsten. Heel toepasselijk gekozen ontwerp in een periode waarin de cultuur aan het einde der tijden lijkt …. Wat er overblijft moet gered worden in nog een paleis, naast het ijspaleis. Maar ik zag het toch liever anders ..

2. Op 2012-10-24 17:45:55 schreef Niek \’t Hart:

Het lijkt wel of ons gemeentebestuur houdt van een centrum dat volkomen overhoop ligt. Je moet er toch niet aan denken dat straks na de sloop van de vijf poortjes en Defensie aan de andere kant van de Grotemarktstraat ook nog eens het Spuiplein als een krater na een ingeslagen bom erbij komt te liggen? En alleen omdat een paar regenteske wethouders het voor het zeggen hebben? Alle tegenargumenten en bezwaren moeten onze bestuurders toch enige wijsheid geven dat wij, de bevolking, tegen deze kapitaalvernietiging zijn? Het is toch prima als uitvoeringen niet door iedereen tegelijk kunnen worden bezocht? Kent ons gemeentebestuur niet de prolongatie methoden van de media? Waar uitvoeringen al twee jaar zijn uitverkocht? Dus wat een onzin als er argumenten worden gebruikt dat als er een volle zaal is dan kunnen wij in de pauze onze gasten niet kwijt!?! Ik hoor alleen maar lovende berichten van die gasten over de foyer, geheel in de stijl van de bouw van het muziek- en danstheater. En als beide zalen uitverkocht zijn kan toch juist die uitwisseling van interesses plaats vinden? Daar is cultureel Den Haag toch naar op zoek? Zij moeten eens ophouden met direct aan slopen te denken als onderhoud de probleemstelling is en wat eerder maatregelen nemen tegen achterstallig onderhoud.

3. Op 2012-10-24 19:00:33 schreef paul waayers :

Ik heb zo onderdehand echt het idee dat de wethouders die hierover gaan, toch eens met gezwinde spoed opgenomen dienen te worden in een psychiatrische kliniek. De term ‘ontoerekeningsvatbaar’ buigt zich steeds nadrukkelijker als een tamelijk onzindelijke ego-slagschaduw over hun beleid heen. Laat ik er maar eens een hele vette stelling op loslaten: dergelijk soort wethouders zijn een gevaar voor de samenleving. Wie deze stelling op grond van beleidsmatige argumenten kan weerleggen, trakteer ik op een kist goede wijn.