Het rapport van de enquêtecommissie wordt op verschillende momenten besproken in de gemeenteraad. Hieronder alle inbreng vanuit de Haagse Stadspartij.
Commissievergadering met enquêtecommissie:
Voorzitter, commissieleden,
Allereerst wil mijn fractie de enquêtecommissie bedanken voor het werk dat zij heeft verzet. Het instrument raadsenquête is voor het eerst in Den Haag toegepast en deze commissie heeft de handschoen met beide handen opgepakt.
Ik denk ook dat het goed is om de ervaringen met deze enquête vast te leggen zodat er bij een volgende vraag over een mogelijke raadsenquête snel geschakeld kan worden. Zijn de commissieleden en de ondersteuning bereid daaraan mee te werken?
Het was aanpoten om het hele rapport te kunnen lezen. Maar Het rapport betreft een lange periode en geeft zo goed inzicht in de anatomie van de ideevorming en de uitwerking van het project. Dat het een dik rapport zou worden was natuurlijk niet onverwacht. Iedereen had kunnen zien aankomen dat dit project in al haar facetten ingewikkeld, kostbaar en complex was.
Onbreekbare lijn van besluitvorming
Wel schokkend is het patroon waarin het gemeentebestuur, het college, de wethouders en de raad vast zaten. Een eenmaal ingezet lijn was onbreekbaar, ondanks bijv. een economische crisis en een Conservatorium dat niet kon betalen voor haar deel. Zelfs met de wisselende coalities en wisselende wethouders veranderde het project weinig, en was stoppen geen optie. Alleen op papier werd er bezuinigd, kwam er sponsoring bij of werden er minimale aanpassingen gedaan. Zo beschouwd is de verplaatsing van het gebouw van OP het Spuiplein naar AAN het Spuiplein nog één van de grootste aanpassingen geweest binnen het project.
Uit de raadsenquete komt dus een patroon naar voren van meerdere colleges waarin niet het publieke belang centraal stond, maar politieke afwegingen zoals een onrealistisch tijdspad. Zoals eerder gezegd: Wij zijn teleurgesteld dat onze deelname aan één van die colleges dit patroon niet heeft kunnen doorbreken. Tegelijkertijd omarmt de Haagse Stadspartij de harde conclusies en aanbevelingen. Samen met het college en de raad moeten we werken aan verbetering.
Ondanks alles toch een goed gebouw
Ondanks dat. Er staat nu een gebouw. En ondanks alle problemen beschikt het gebouw over een akoestiek van wereldklasse. En, ondanks dat er van te voren te weinig gesproken is over het publieke belang, moeten we – voordat er geld bij kan – nu dat publieke belang formuleren. Is de commissie het ermee eens dat dit startpunt essentieel is voor het vervolg?
In het verlengde daarvan vindt mijn fractie dat het culturele veld in Den Haag een grotere stem moet krijgen in het bepalen van dat belang. Een tijdelijke adviescommissie die elke 4 jaar de belangrijkste subsidies mag uitgeven en dan weer vertrekt is niet voldoende om het publieke belang te borgen en continu de raad en het college van gevraagd en ongevraagd advies te voorzien. Wat vindt de enquêtecommissie hiervan?
Optelsom
Mijn fractie heeft als inhoudelijke punt wel vraagtekens bij de wijze waarop de investering in Amare bij elkaar is opgeteld. Zo’n getal gaat makkelijk een eigen leven leiden. Daarom de vraag: Waarom hebben jullie ervoor gekozen er één bedrag van te maken? Want zo kan je overal een enorm bedrag van maken: In 40 jaar geven we bijv. ook 480 miljoen aan het Kunstmuseum aan subsidies.
Tot slot stelt het raadsvoorstel voor – zoals het hoort natuurlijk – de leden van de enquêtecommissie te ontslaan. Ik heb daarover slecht nieuws. En wel om twee redenen: Het doorbreken van het geconstateerde patroon vraagt vasthoudendheid, geheugen en raadsleden die ingevoerd zijn. En ten tweede is het wel lekker rustig zonder Fatima op de fractie.
Dus: Is de commissie bereid om in één of andere vorm de uitvoering van de aanbevelingen kritisch te blijven volgen of zelfs mede uit te werken? In ieder geval voor het restant van de raadsperiode? Want alleen een voortgangsrapportage vanuit het college is ons te mager.
Inbreng bij commissievergadering met college:
Het Amare rapport, de conclusies en aanbevelingen verdienen een gedegen inhoudelijke behandeling waarbij de huidige praktijk vergeleken wordt met de lessen die de commissie trekt. Het volstaat absoluut niet om dan te zeggen “doen we al” of “er is al veel veranderd”.. Want voorzitter, het moet gewoon beter. Dus bij deze de oproep aan het college om nogmaals de gangbare praktijk tegen het licht van de aanbevelingen te houden. De aanbevelingen zijn immers geschreven om de situatie nu te verbeteren.
En in dit kader: Klopt het dat het berenschot rapport niet aan de enquêtecommissie is verstrekt?
Het college stapt er wel erg makkelijk overheen dat de enquêtecommissie stelt dat er sprake is van misleiding en het niet informeren. Het was geen incident, het was een patroon. Dus hoe wordt dat patroon doorbroken. Recente budgetoverschrijdingen bij de Grotiusplaats of de tunnel Zwolsestraat stellen niet gerust. En zou een extra reden moeten zijn goed te kijken naar de aanbevelingen.
Ik pak er nog twee specifieke punten uit.
Allereerst het punt van ambtelijke tegenspraak. De geschetste lessen in leiderschap en gesprekken tussen ambtenaren en college doen niets af aan het feit dat uit de enquête blijkt dat wethouderswil wet was. De wethouder – de politiek – bepaald en ambtenaren moeten het maar doen. Er ontbreken dus in de collegeaanpak twee schakels. Hoe komt interne kritiek bij het college en hoe komt die kritiek bij de raad?
Dus voorzitter, Wat gaat het college doen om afwijkende opvattingen oer de risico’s bij de raad te laten belanden? Welk vorm kiest zij ervoor? De suggestie van Groen Links klinkt interessant.
Het lijkt me nou typisch iets dat het college actief kan oppakken en onderzoeken. Doe dat dan ook!
En hoe gaat het college – en ook de raad- om met expertise van buiten die roept dat het niet klopt. Is dat alleen via inspraak van maximaal 5 minuten? Of heeft het college daar nog andere ideeën over?
Een voorbeeld uit het buitenland:
Afgelopen zondag was ik in Rotterdam bij een gesprek met Manu Claes. Hij is een Vlaamse denker, activist en bovenal bewoner van Antwerpen. Hij is er met zijn organisatie Straten Generaal in geslaagd om de gehele ringweg om Antwerpen te agenderen als een ontwerp opgave waarbij burgers, samen met experts en ambtenaren werken aan uitwerking van de plannen. Dit doen zij aan zogenaamde werkbanken. Alle informatie wordt daar gedeeld, of je nu burger, ambtenaar of expert bent. En niet onbelangrijk: De politiek mag niet aanschuiven.
Het is een intensief proces dat echt betere plannen oplevert. Zou het college hiervan willen leren?
Dan het bepalen van het publieke belang.
In het geval van Amare is alleen een conferentie met de betrokken instellingen echt onvoldoende. Het is teleurstellend dat het college hier niet wat meer daadkracht toont en een plan maakt of zelfs ook maar een proces optuigt. Ook dit kan echt beter.
De door het college – welk college? – voorgestelde proces voor het bepalen van het publieke belang is slechts een houtskoolschetsje. Ik herhaal hier de oproep die ik ook in het vorige debat deed. Namelijk laten we met zijn allen in een andere werkvorm – dus niet hier in de raadszaal – werken aan wat nu precies publiek belang is. Dit kunnen we ook met partners uit de stad doen, en laten we dan meerdere voorbeelden pakken. Ik hoorde dat er in januari eventueel weer een raadsconferentie wordt georganiseerd waar publiek belang centraal kan staan. Als fractievertegenwoordiger ben ik daar niet voor uitgenodigd maar ik schuif het jullie graag in de schoenen.