De nieuwe boulevard van Scheveningen wordt steeds meer ontsierd door ernstige wildgroei van futuristische lantaarnpalen. De vragen van de Haagse Stadspartij hierover zijn beantwoord.
BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN
van het raadslid G.H.M. Wijsmuller
Den Haag, 3 juli 2012
Inzake: Nieuwe lichtmasten Zeekant tussen de Gedenknaald en de Vuurbaakstraat
Het raadslid de heer G.H.M. Wijsmuller heeft op 5 juni 2012 een brief met daarin drie vragen aan de voorzitter van de gemeenteraad gericht.
Overeenkomstig artikel 38 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad, beantwoorden wij deze vragen als volgt.
1. Op de verhoogde Strandweg tussen de Gedenknaald en de Vuurbaakstraat zijn lantaarnpalen aan weerszijden van de weg neergezet. Is het college hiervan op de hoogte?
Ja.
2. In het definitieve ontwerp staat overduidelijk dat in dit gebied enkelzijdig lantarenpalen zijn ingepland. Is dit juist? Zo nee, waarom niet?
Het verlichtingsplan van de boulevard was nog niet gereed op het moment dat het definitief ontwerp herinrichting Boulevard werd vastgesteld. In het ontwerp is voorlopig aangenomen dat volstaan kon worden met een enkele rij. In de verschillende artist impressions – een indicatieve weergave van het plan – is hier ook van uitgegaan.
3. In werkelijkheid zijn aan weerszijden van de weg lantaarnpalen geplaatst. Opnieuw is er dus sprake van lantaarnpaalvervuiling aan de Boulevard in afwijking van de gemaakte afspraken met omwonenden. Kan het college er voor zorgen dat deze fout zo spoedig mogelijk wordt hersteld? Zo nee, waarom niet?
Nee. Lichtmasten aan weerszijde van dit deel van de Zeekant zijn nodig in verband met de huidige normen voor verlichting van de openbare ruimte. Enkelzijdige verlichting voldoet niet meer aan de gestelde eisen. Daarom is een aangepast verlichtingsplan gemaakt. Om aan de normen te voldoen zijn aan weerszijden lantaarnpalen geplaats. Gaande het project is regelmatig overleg (geweest) met de klankbordgroep over alle aspecten van de boulevard. Er vindt nog een bijeenkomst met de betrokken bewonersorganisatie plaats om dit nader toe te lichten.
Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,
mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen