skaten

Haagse Stadspartij blij met indoor-skatepark

Het indoor-skatepark in de Binckhorst gaat er nu echt komen. Hieronder twee artikelen over de voortgang. De Haagse Stadspartij nam in 2008 het initiatief om deze droom van de Haagse skatescene werkelijkheid te laten worden en zorgde voor politieke steun in de vorm van een pand (het voormalige van Beers-pand in de Binckhorst) en 2,5 ton subsidie voor de inrichting.

 

Skatepark Den Haag update

Den Haag, 11-12-2009

door Anthonie de Vries

Tijdens het Skate Café afgelopen donderdag werden de plannen voor het nieuwe skatepark in Den Haag gepresenteerd. De bouwtekeningen werden getoond en locale skaters mochten ook meteen zelf zeggen wat ze leuk vonden, of wat ze juist anders willen.

De jongens van de HSU hebben met hulp van Daan den Houter (één van de ontwerpers van skatepark Leidschendam) een aardig sicke bouwtekening gemaakt. Het is nog niet perse het definitieve plan en er moet ook nog heel wat gebeuren.

Hoewel het park volgens de planning eigenlijk al lang open zou moeten zijn duurt het nog maar hoogstens vier maanden voordat er in Den Haag indoor gerold kan worden.

Tijdschema:
Januari 2010 – sloop van een muur die nog in de hal staat en stutten van het gat hiervan
Januari – storten betonnen vloer
Februari – begin bouw park
Maart/april – opening van het skatepark

Bij het bouwen van het park zijn vrijwilligers die verstand van zaken hebben altijd welkom dus wil je helpen, laat het dan via de website van de HSU weten.

Bron: http://www.tacky.be/skateboard/article/?id=106415

Skateboarders blij met indoor park
(Den Haag Centraal, 8 jan 2010)

Door Olivier van Nooten

Wat in Amerika ooit begon als surfplank op wieltjes voor windstille dagen,
is nu niet meer weg te denken uit het Haagse straatbeeld. Dankzij de
enorme ontwikkeling die het skateboarden sinds de jaren 60 doormaakte
(zoals de introductie van kunststof wielen), verkennen vele sportieve
geesten de grenzen van hun evenwicht, creativiteit en durf. Voor de één is
skaten pure meditatie, voor de ander is het vallen en opstaan, om daarna
die nieuwe truc eindelijk te kunnen doen. Het onderling inspireren
kenmerkt de interactie van skaters: plezier en stijl zijn meestal de
maatstaf, dus competitiedrang ontbreekt nagenoeg. De schwung waarmee deze
sporters streng beton tot speeltuin omtoveren, daagt voorbijgangers uit om
na te denken over vrijheid binnen geijkte lijnen.

Haagse skateboarders staan buiten de Hofstad bekend om hun technische
vaardigheden (in tegenstelling tot de zogenaamde ‘ragboeren’), en krijgen
ook op eigen terrein gelukkig steeds meer respect. Na een slepende strijd
vol misverstanden zien ze binnenkort de ultieme bevestiging van hun
geliefde sportcultuur: een indoorskatepark, dat op initiatief van skaters
en naar eigen ontwerp tot stand komt in overleg met de gemeente.
Om de meerwaarde van het overdekte park te begrijpen, is het nodig te
beseffen dat regen de grootste vijand is van de skateboarder. De officiële
erkenning die dit project betekent voor de plaatselijke skaters is enorm,
aldus Steven van Lummel van de Haagse Skate Unie. Deze HSU is sinds kort
een stichting en al bijna 10 jaar actief in het organiseren van lessen en
wedstrijden. Daarbij doet de HSU van alles om het charmante karakter van
de sport uit te dragen, bijvoorbeeld door bruggen te slaan tussen skaters
en het stadsbestuur. Zo presenteerde hij als lid van de Haagse Stadspartij
een skatenota om de sportieve tak in kaart te brengen en ging Van Lummel
met een aantal afgevaardigden naar de parken Ladybug in Tilburg en Area 51
in Eindhoven om de gemeenteraadsleden een indruk te geven van de
mogelijkheden.
De gemeente vindt het ‘heerlijk af en toe skatende jongeren op boekjes te
zetten’ om te tonen hoe hip ze zijn, maar ‘écht overleg is lastig’,
verzucht van Lummel. Grote bedrijven hadden vaak de doorslaggevende stem
bij de vormgeving van een park. Dat is nu dus verleden tijd, mede door
verschuivingen in het heersende beeld van skaters. Parkontwerper en
skateveteraan Daan den Houter (die ook in Dordrecht en Leidschendam
bemiddelde tussen skaters en gemeenteraad) verklaart dat de mode heeft
bijgedragen aan de besluitvorming. De acceptatie van het fenomeen is
toegenomen, waardoor men het skaten inmiddels als serieuze sport ziet.
Voordat Den Houter achter de tekentafel plaatsnam, zijn tientallen skaters
uit de omgeving bijeen gekomen om plannen op papier te zetten. Uit die
berg schetsen en opmerkingen heeft hij een ontwerp gedestilleerd,
aangepast aan de specifieke wensen. Dat is essentieel, volgens Den Houter.
Nu er overleg met de plaatselijke sporters is, ontstaat er een park dat de
doelgroep ook daadwerkelijk gebruikt. Vaak is die inspraak er niet, zodat
er per deelgemeente halve parkjes worden aangelegd waar een echte
skateboarder meestal weinig mee kan. “Als ze die budgetten hadden
gebundeld, hadden ze makkelijk een perfect park kunnen aanleggen”, mijmert
Den Houter.
Het verschil tussen skaten op straat of in een park is overigens enorm. In
de openbare ruimte vergt het heel wat verbeelding van een skater om
‘spots’ te herkennen en om daar uitdagende capriolen op los te laten. De
sporters beschermen zo’n plek, zodat ze er lang van kunnen genieten.
Daarom moet men skaters niet verwarren met hangjongeren, die behalve
rotzooi en lawaai weinig toevoegen. Een creatieve blik op de stadse
omgeving is typerend voor skaters; het is dan ook niet toevallig dat velen
van hen werk vinden in de creatieve sector.

‘Verkeersregels’
In tegenstelling tot de grillige architectuur van de straat is een
skatepark speciaal ontworpen om te skaten. Er heerst andere logica wat
betreft artistieke mogelijkheden en ongeschreven ‘verkeersregels’. Je gaat
er bijvoorbeeld eerder de hoogte in. Daarbij bestaat het gevaar dat in een
speciaal aangelegd park de rauwe randjes ontbreken die een skater op de
proef stellen, waardoor het saai wordt. Hoe denkt Den Houter dit te
voorkomen? Het is een ‘verbeterde straatversie’, legt hij uit. Door
gebruik van veel verschillende materialen, straatmeubilair uit het
gemeentelijk depot en verplaatsbare objecten blijft het park in beweging.
Van Lummel verklapt dat de plek het duurzaamste skatepark ter wereld moet
worden, onder andere door het gebruik van hout uit panden in de buurt die
gesloopt worden.
Over een aantal maanden zijn de 1000 m2 aan de Binckhorstlaan 271 te
betreden en is de stad een sportief en sociaal brandpunt rijker. Behalve
de skatebaan zijn er douches, een kantine en een professionele
geluidsinstallatie. Het pand is derhalve geschikt voor grote evenementen,
zoals internationale wedstrijden, feesten en culturele initiatieven. Vast
staat dat het park Den Haag ook buiten de stad op de kaart zal zetten.