Woensdag 10 september spreekt de raadscommissie Ruimte over het voortbestaan van sociaal-culturele Vrijplaats De Vloek in Scheveningen-Haven. De Vloek is voor de Haagse Stadspartij één van de parels van Den Haag, een mooi voorbeeld van de door de Haagse Stadspartij gewenste diversiteit en gerund door betrokken en initiatiefrijke Hagenaars die als het nodig is ook voor de meest kwetsbaren in onze samenleving opkomen. Een levendige plek die bruist van cultuur en waar jong en oud een eigen ontmoetingsplek hebben gecreëerd waar iedereen welkom is.
Aanleiding voor de commissiebespreking is een brief d.d. 28 mei 2014 van inmiddels ex-wethouder Norder om De Vloek te ontruimen i.v.m. een plan voor een zeilcentrum t.b.v. topsporters. De Haagse Stadspartij is voor topzeilen in Scheveningen, maar ziet niet in waarom dat uitgerekend op een locatie moet die al 12 jaar een belangrijke toegevoegde waarde voor de stad kent, terwijl er plek zat is in de haven.
In het nieuwe collegeakkoord wordt weliswaar een lans gebroken voor de watersport, maar over een zeilcentrum op die locatie wordt niet gesproken. Ook zegt het collegeakkoord dat Scheveningen Haven haar unieke karakter dient te behouden en bedrijvigheid, kleinschalige industrie, wonen, cultuur en maritieme activiteiten hier samen dienen te gaan. De Vloek past uitstekend in die visie.
Het collegeakkoord spreekt ook over de waarde van cultuur, broedplaatsen, initiatief, diversiteit en ondernemerschap. Waarden die voor de Haagse Stadspartij cruciaal zijn. Al deze dingen worden in de Vloek – zonder subsidie en met een bewonderenswaardige zelforganisatie – gerealiseerd. En tenslotte is er veel draagvlak in de stad voor behoud van de Vloek.
Vooruitlopend op de commissievergadering heeft raadslid Joeri Oudshoorn namens de Haagse Stadspartij een
lange lijst met 43 technische vragen ingediend over de plannen voor het zeilcentrum. Dit omdat wij grote vraagtekens zetten bij de noodzaak om nu een zeilcentrum te bouwen, er veel leegstand is in het gebied en het
verhuizen van het bestaande zeilcentrum naar de nieuwe locatie veel problemen veroorzaakt.
Uiterlijk maandag 8 september zal het college onze technische vragen beantwoord hebben. Woensdag 10 september om 9.00 uur zal de gemeenteraad in de commissie Ruimte erover spreken.
In het komende weekend van 6 en 7 september organiseert de Vloek op zaterdagmiddag een manifestatie op het Spuiplein en op zondagmiddag een open dag in de Vloek. Als je de Vloek nog niet kent, is dat zeker een
aanrader. Als het aan de Haagse Stadspartij ligt, kun je nog jaren van de Vloek genieten.
Voor meer informatie: http://www.devloek.nl
Technische vragen Blok 6 Scheveningen Haven
N.a.v. de komende behandeling in de commissie Ruimte van de brief van het college over Blok 6 Scheveningen Haven (Hellingweg 127) heb ik de volgende technische vragen.
1. De gronduitgifte voor Blok 6 (Watersportcentrum) waar nu culturele broedplaats de Vloek is gevestigd stond in het Stedenbouwkundig Plan Scheveningen Haven gepland voor 2018. Volgens de brief van het college gaat de gronduitgifte al in 2015 plaatsvinden en moet de Vloek plotseling 3 jaar eerder dan gepland vertrekken.
In de beantwoording d.d. 12 maart 2014 van schriftelijke vragen van de VVD over het Topzeilcentrum stelde het college het volgende:
De ontwikkelaar (Malherbe) heeft aangegeven sneller te willen bouwen, onder andere met het oog op de komst van de Volvo Ocean Race. De gemeente ondersteunt dit van harte en wil daar graag aan meewerken.
Uit de laatst bekende planning van de bouw van het zeilcentrum blijkt echter dat de oplevering in april 2016 plaats zal vinden. Dat is bijna een jaar na de komst van de Volvo Ocean Race. Welke urgentie heeft sloop van de Vloek en bouw van het Topzeilcentrum nog in relatie tot de Volvo Ocean Race?
2. In dezelfde beantwoording stelde het college:
Het programma dat de ontwikkelaar op dit moment wil realiseren wijkt echter af van hetgeen in de Realisatieovereenkomst is vastgelegd. Wij zijn hierover met de ontwikkelaar in gesprek.
Welke afwijkingen waren er op dat moment?
3. Door de bouw van het Zuiderstrandtheater zal de bouw van woningen op Blok 3 niet zoals gepland in 2018 plaats kunnen vinden. Ook zijn er t.o.v. het Stedenbouwkundig Plan veel zaken inmiddels gewijzigd. Kan het college aangeven in hoeverre er overeenstemming is met ontwikkelaar ASR/Malherbe over al deze wijzigingen en wat de consequenties zijn voor de planning en de grondexploitatie?
4. Wanneer wordt de raad hierover geïnformeerd?
5. Blok 6 zou volgens het Stedenbouwkundig Plan bestaan uit een solitair gebouw bedoeld voor de watersport. Er ligt nu een ander plan voor met een deel watersport, een deel extra dat voorlopig niet gebouwd wordt en een deel dat op het terrein en voor rekening van rederij van der Zwan wordt gebouwd. Waarom wordt een gedeelte van het gebouw voorlopig niet gebouwd? En welke afspraken zijn hierover precies gemaakt?
6. Is het juist dat de vergunning voor de Zeewatercentrale van Vestia op 25 oktober 2012 is verlopen en dat deze centrale van het Norfolkterrein gaat verhuizen naar het van der Zwan-deel van het Watersportcentrum? Is hierover al overeenstemming bereikt tussen Vestia en van der Zwan?
7. De gemeente heeft met ASR Vastgoed Ontwikkeling N.V. en Malherbe de Juvigny Vastgoed B.V. een Realisatieovereenkomst (ROK) gesloten m.b.t. de bouw van de blokken 3, 4 en 6. Uit de brief van het college blijkt dat voor Blok 6 alleen Malherbe de ontwikkelaar is. Is dit juist? En zo ja, waarom participeert ASR niet in dit blok?
8. In de ROK zijn per blok afspraken gemaakt over het programma, planning, aantal bvo m2 en grondprijzen. Hoe luiden deze afspraken precies voor Blok 6?
9. Volgens het voorlopig ontwerp heeft het watersportcentrum een bvo van 2.932 m2. In de brief van het college wordt echter gesproken over 3.845 m2. Kan het college dit verschil verklaren?
10. Kan het college aangeven op welke programma-onderdelen en hoeveel (in bvo m2) het voorlopig ontwerp van Blok 6 verschilt met de afspraken van de Realisatieovereenkomst?
11. Nu er een voorlopig ontwerp ligt is er ook een voorlopige raming van de bouwkosten voor Blok 6. Kan het college deze raming ter beschikking stellen van de raad? Zo nee, waarom niet?
12. Kan het college de meest actuele stand van de geraamde grondopbrengst per programma-onderdeel van Blok 6 inzichtelijk maken?
13.Kan het college de meest actuele stand van de geraamde grondopbrengst van het gehele Blok 6 inzichtelijk maken?
14.Kan het college een actuele specificatie aanleveren van de geraamde kosten die gepaard gaan met de gronduitgifte van Blok 6, onderverdeeld in o.a. verwervingskosten, sloopkosten, bodemsaneringskosten, openbare werken etc.?
15. Volgens de brief van het college vindt het parkeren plaats op eigen terrein. Is sprake van inpandig parkeren of van parkeren in de open lucht? Over hoeveel parkeerplaatsen gaat het?
16. Tegen welk bedrag worden de grondopbrengsten van het parkeren verwerkt in de grondexploitatie?
17. Malherbe gaat het Topzeilcentrum ontwikkelen. Is al bekend wie de aannemer/bouwer wordt?
18. Hoe gaat het werk worden aanbesteed?
19. Is het juist dat pas na gereedkomen van het Definitief Ontwerp een bestek gemaakt gaat worden op basis waarvan de aanbesteding kan starten?
20. Wordt het Topzeilcentrum straks ook door Malherbe geëxploiteerd? Zo nee, wie gaat het gebouw exploiteren?
21. Is in de ROK vastgelegd dat de ontwikkelaar zorgt voor huurders/kopers voor de nieuwbouw? Zo nee, waarom niet?
22. In de brief van het college wordt een aantal beoogde huurders genoemd. Kan het college een overzicht geven van alle beoogde huurders voor het gehele gebouw incl . het van der Zwangedeelte,? Kan het college daarbij aangeven voor hoeveel m2 bvo per beoogde huurder?
23. Kan het college de huurovereenkomsten/afspraken met toekomstige huurders overleggen?
24. Is in de ROK m.b.t. Blok 6 een voorverhuur/verkooppercentage vastgelegd? En zo ja, welk percentage en welke termijnen?
25. Wat gebeurt er als de ontwikkelaar de grond van Blok 6 niet afneemt?
26. Volgens de laatste planning zoals die aan de Vloek is gegeven, zal de Vloek op 5 januari 2015 leeg moeten worden opgeleverd. De bouwaanvraag (omgevingsvergunning) zal pas daarna worden ingediend. Afgifte van een omgevingsvergunning is gepland april 2015. Is in de planning van de ROK rekening gehouden met een periode van bezwaar en beroep m.b.t. de omgevingsvergunning? Zo ja, hoeveel maanden?
27. Kan het college garanderen dat er m.b.t. Blok 6 geen braakliggende grond ontstaat en de Vloek niet onnodig vroeg gesloopt gaat worden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe?
28. Kan het college garanderen dat er door de bouw in Blok 6 geen leegstand ontstaat in de nieuwbouw? Of elders in de Haven? Of in de gemeente of in de regio?
29. In hoeverre gaat het college de bouw en exploitatie van het Topzeilcentrum financieel ondersteunen?
30. Sinds 1 oktober 2008 huurt het Koninklijk Watersportverbond (KNWV) bedrijfsruimte in het Nautisch Centrum aan de Hellingweg. In deze bedrijfsruimte is het Nationaal Trainingscentrum Scheveningen t.b.v. het topzeilen gevestigd. Het KNWV is onderhuurder en huurt van Jachtclub Scheveningen. Jachtclub Scheveningen huurt op haar beurt deze ruimte van Malherbe. De huurovereenkomst is aangegaan voor 5 jaar en de jaarlijkse last bedraagt € 52.000 (peildatum 1 oktober 2008; exclusief indexering). Is deze overeenkomst verlengd? Zo ja, met hoeveel jaar? Voor welke prijs? Zitten er ontsnappingsclausules in het contract? Zo ja, welke?
31.De gemeente heeft een samenwerkingsovereenkomst met het KNWV m.b.t. het topzeilen afgesloten die liep van 1 december 2008 t/m 30 november 2013. Is deze overeenkomst verlengd? Zo nee, waarom niet. Zo ja, kan deze worden overlegd?
32. Onderdeel van de overeenkomst is dat de gemeente de huisvesting van het Trainingscentrum subsidieert. Hoeveel subsidie heeft de gemeente vanaf 2008 aan het KNWV verleend?
33. Waarom staat deze subsidie niet vermeld in het openbare subsidieregister?
34. Komt er een vervolg op deze subsidie als het Topzeilcentrum verhuist naar het nieuwe gebouw? Zo nee, waarom niet. Zo ja, welke afspraken zijn hierover gemaakt?
35. Wat gebeurt er met de ruimte die het KNWV straks in het Nautisch Centrum achterlaat en wat zijn de gevolgen hiervan voor de huurder Jachtclub Scheveningen?
36. Is het de bedoeling dat het Innosportlab ook verhuist naar het Watersportcentrum? Zo nee, waarom niet. Zo ja, waarom?
37. De gemeentelijke belastingdienst legt aanslagen onroerend zaakbelasting op aan gebruikers van bedrijfsruimte. Kan het college aangeven voor welke gedeeltes van het Nautisch Centrum (Hellingweg 6 t/m 142) er geen aanslag gebruikersdeel wordt opgelegd vanwege leegstand en wat de totale jaarlijkse belastingderving is? Zo nee, waarom niet?
38. De grondexploitatie van het Nautisch Centrum is destijds afgesloten met een negatief saldo van zo’n 3 miljoen euro. Kan het college het exacte bedrag achterhalen?
39. Met welke argumentatie is het college destijds akkoord gegaan met de in vraag 38 genoemde gemeentelijke bijdrage?
40. Het zeilen is door de gemeente naast de subsidiering van het Watersportcentrum de afgelopen jaren o.a. met de volgende bedragen gesubsidieerd:
2010: Innosportlab zeilen 96.000,-
2010: Bidbook WK 2014 25.000,-
2010: North Sea Regatta 60.000,-
2010: WK 470 50.000,-
2011: North Sea Regatta 75.000,-
2012: Innosportlab zeilen 171.659,-
2012: Kustzeilvereniging 51.300,-
2012: North Sea Regatta 75.000,-
2013: North Sea Regatta 50.000,-
2015: Volvo Ocean Race 400.000,-
Kan het college dit rijtje aanvullen met eventueel ontbrekende zaken die door de gemeente zijn betaald in relatie tot de zeilsport zoals o.a. aanleg slipway?
41. In de brief van het college van 28 mei 2014 (RIS 272927) wordt gesteld dat het college de grondexploitatie Scheveningen Haven zal herzien voordat de uitgifte-overeenkomst m.b.t. Blok 6 wordt afgesloten met Malherbe. Wanneer is de uitgifteovereenkomst gepland? Wanneer denkt het college de grondexploitatie Scheveningen Haven te herzien en hoe wordt de raad daarover geïnformeerd?
42. In de toelichting bij het bestemmingplan Scheveningen Haven wordt het volgende gesteld:
Broedplaatsen
Met het programma Creatieve Stad Den Haag stimuleert de gemeente de creatieve sector in de stad. Voor de creatieve industrie zijn gebieden met gemengde ‘rommelige’ milieus en voldoende betaalbare bedrijfsruimte in een binnenstedelijke omgeving favoriet als vestigingsplaats. In dit bestemmingsplangebied is een geschikt milieu voor de creatieve sector aanwezig. Dat moet gekoesterd worden.
Hoe krijgt de gewenste koestering in de praktijk gestalte in Scheveningen Haven?
43. Hoe staat het met de plannen voor F.A.S.T.?
Met vriendelijke groeten,
Joeri Oudshoorn
Hoe ver wilt de Haagse Stadspartij gaan met de concrete steun aan De Vloek? In 2015 en verder.