demonstratie

Verbod fossiele reclame moet meer zijn dan symboolpolitiek

Als eerste stad in de wereld heeft Den Haag sinds 1 januari 2025 een verbod op fossiele reclame in de APV opgenomen. Dat is een fantastische stap naar een fossielvrije wereld. De Haagse Stadspartij krijgt echter veel berichten van burgers dat er nog steeds reclames te zien zijn die onder het verbod vallen. Fatima Faïd: “Het instellen van een verbod moet meer dan zijn symboolpolitiek. Waar blijft de handhaving? “.

Het is onduidelijk of de reclamebedrijven zich moedwillig niet aan de APV houden of dat zij het gewoon niet weten. Tim de Boer: “Het is belangrijk dat de bedrijven en de stad zien dat er ook wordt ingegrepen als het fout gaat. Het college geeft die helderheid nu niet”.

Fractievoorzitter Fatima Faïd sluit af: “De wethouder moet nu laten zien dat het menens is”.

Schriftelijke vragen: Handhaving verbod fossiele reclame

Indiener: Fatima Faïd, Haagse Stadspartij

Datum: 28-01-2025

Aan de voorzitter van de gemeenteraad,

Als eerste stad in de wereld heeft Den Haag een verbod op fossiele reclame opgenomen in de APV. Echter, na het ingaan van het verbod op 1 januari 2025 ontvangen wij veel signalen uit de stad dat er nog steeds fossiele reclames hangen.

Overeenkomstig art. 30 van het Reglement van orde stelt raadslid Faïd (Haagse Stadspartij) de volgende vragen:

  1. Kan het college nog eens helder aangeven voor welke plekken in de stad het verbod geldt? En voor welke plekken niet?
  2. Op welke wijze voert het college actief controle uit op de reclame die wordt getoond op plekken die vallen onder het verbod?
  3. Op welke wijze kunnen burgers het college helpen het verbod te handhaven? Is het bijvoorbeeld mogelijk om via de meldingen-app reclame door te geven die niet meer mag?
  4. Kan het college aangeven welke handhavingsstrategie zij hanteert? Worden er bijvoorbeeld eerst waarschuwingen gegeven?
  5. Kan het college aangeven hoeveel waarschuwingen of boetes er al zijn opgelegd aan de betrokken aanbieders van reclame?
  6. Kan het college aangeven wat er gebeurt als een aanbieder niet reageert op de handhavingsverzoeken of als de aanbieder de boete betaald en vervolgens doorgaat met aanbieden van fossiele reclame?
  7. Is het college het met de Haagse Stadspartij eens dat het instellen van een verbod zonder handhaving niets minder is dan een cynische publiciteitsstunt? Zo nee, waarom niet?
  8. Kan het college aangeven wanneer Den Haag echt vrij is van fossiele reclame?

Fatima Faïd